Grammatica - Klare taal les 9+ 12: meervoud en bijvoeglijk naamwoord

• NT2
• Nederlands
• Middelbare school
• Voortgezet speciaal onderwijs
• vmbo b
• Leerroute VB
• Leerjaar 1

Welkom!

Grammatica

Meervoud en bijvoeglijk naamwoord

meervoud +en 

de docent - twee docenten

de cursist - twee cursisten

de stoel - twee stoelen

het woord- twee woorden 

de punt - twee punten

de zin- twee zinnen 

de klas- twee klassen 

Kijk goed...

Twee medeklinkers na a, e, i, o, u in een kort woord.

Klas - klassen 

les - lessen 

zin- zinnen

bos - bossen 

kus- kussen 

Kijk goed...

aa, ee, oo, uu en daarna een medeklinker wordt a, e, o, u 

raam - ramen 

been - benen

brood - broden 

muur- muren 

maar... 

de kaart-twee kaarten

paard- twee paarden

de brief- veel brieven

de roos- twee rozen

meervoud +s

Na e, el, em, en, er en ie is het meervoud +s 

het kopje - twee kopjes

de tafel- twee tafels

de bezem- twee bezems

de jongen- twee jongens

de letter- twee letters

de vakantie- twee vakanties

meervoud +'s

Na a, i, o, u, y is het meervoud +'s 

de opa - twee opa's

de taxi- twee taxi's

de auto- twee auto's

de paraplu- twee paraplu's

de baby- twee baby's

Uitzonderingen

Sommige meervouden hebben geen regels, die moet je uit je hoofd leren...

de stad - de steden

het schip- de schepen

de smid- de smeden

het lid- de leden 

Nog meer uitzonderingen

de weg- de wegen

de dag- de dagen

het dak- de daken

het glas- de glazen

het gat- de gaten

Nog een paar...

de oom- de ooms

de broer- de broers

de zoon- de zoons

het kind- de kinderen

het ei- de eieren 

Welkom!

Bijvoeglijk naamwoord

Grammatica

Welkom!

Grammatica

Bijvoeglijk naamwoord

De leuke school

De slimme leerlingen

Welkom!

Grammatica

Bijvoeglijk naamwoord

sterk

dik

warme

Welkom!

Grammatica

Bijvoeglijk naamwoord

Werkbladen maken 

9. De spelling van het meervoud (herhaling)

12. Bijvoeglijk naamwoorden 

Klaar?

Voorbeelden leren 

Straks spelen we een QUIZ! 

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Een leeuw is een sterk dier.

1. leeuw
2. sterk
3. is
4. dier

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Een olifant is een groot dier.

1. olifant
2. dier
3. is
4. groot

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Een beer is een gevaarlijk dier.

1. beer
2. gevaarlijk
3. is
4. dier

De .................jas

1. warme
2. warm
3. mooi
4. mooie

De .................weg

1. breed
2. brede
3. smal
4. smalle

Het ...............kind

1. stout
2. lieve
3. lief
4. stoute

De ....................man

1. zieke
2. gezond
3. gezonde
4. ziek

De .................leerling

1. lui
2. luie
3. ijverig
4. ijverige

De ................fiets

1. kapot
2. kapotte
3. heel
4. hele

De ................collega

1. mannelijk
2. vrouwelijke
3. makkelijke
4. vrouwelijk

Mijn glas is ........

1. leeg
2. lege
3. vol
4. volle

Geef je .........glas maar.

1. leeg
2. lege
3. vol
4. volle

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
Ik koop voor Ruben een nieuw schrift.

1. Ik
2. schrift
3. koop
4. nieuw

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
De aardige vrouw bakt lekkere cakejes.

1. aardige
2. vrouw
3. cakejes
4. lekkere

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Ik vind deze telefoon fantastisch.

1. Ik
2. vind
3. fantastisch
4. deze

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

De film Rabat is zo mooi!

1. film
2. is
3. zo
4. mooi

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Deze acteur is keigoed.

1. acteur
2. is
3. deze
4. keigoed

Maak een zin met het bijvoeglijk naamwoord

De/het...............+ mens/dier/ding