HIN 4K - H4 lezen Leesdoelen en leesstrategieën

Leesdoelen en leesstrategieën
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leesdoelen en leesstrategieën

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Reageer op het filmpje. Gebruik een feit, een mening en een argument. 3-4 zinnen.

Slide 3 - Open question

Leesdoelen en leesstrategieën
LEESDOEL = Waarom lees je iets?
LEESSTRATEGIE = Hoe lees je iets?

Doelen van de les: 
- je weet welke leesstrategieën er zijn en wanneer je die gebruikt.
- je kunt een leesdoel bepalen en daarna de juiste leesstrategie.
 

Slide 4 - Slide

Welk leesdoel hoort bij welke strategie?
Snel vaststellen of een tekst bruikbaar is.
Beoordelen of de informatie juist/betrouwbaar is
Het vinden van bruikbare informatie
 De tekst goed begrijpen
Vinden van hoofdzaken
oriënterend lezen
globaal lezen
precies lezen
zoekend lezen
kritisch lezen

Slide 5 - Drag question

H4 Lezen
Opdracht
  • Lees de theorie
  • Maak opdracht 1
  • Gebruik Tekst 2
  • laptop of
  • Blz. 97 en 98

Leesdoel
Leesstrategie
Aandachtspunten
Onderwerp vaststellen.
Snel weten of een tekst bruikbaar/interessant is.
Oriënterend lezen
Bekijk de titel, tussenkopjes, illustraties, anders gedrukte woorden, de bron.
Lees de inleiding.
Deelonderwerpen vinden.
Globaal lezen
Lees de tussenkopjes.
Lees de eerste en laatste alinea.
Lees de eerste en laatste zin van alle alinea's. 
De tekst helemaal lezen en begrijpen.
Precies lezen
Lees de tekst helemaal.
Gebruik woordraadstrategieën.
Zoek naar belangrijke zinnen en signaalwoorden.
Bedenk wat de hoofdgedachte is.
Informatie zoeken.
Het antwoord op een vraag zoeken.
Zoekend lezen
Kijk naar de tussenkopjes en de anders gedrukte woorden.
Als je weet waar de informatie is, ga je precies lezen.
Betrouwbaarheid beoordelen.
Kritisch lezen
Beoordeel of:
- bron actueel of betrouwbaar is.
- schrijver deskundig en onpartijdig is.

Slide 6 - Slide

Vraag     
Leesdoel
Leesstrategie
2
4
7
Vraag 2 
oriënterend lezen
globaal lezen
precies lezen
zoekend lezen
kritisch lezen
Onderwerp vaststellen
deelonderwerpen vinden
de tekst helemaal lezen en begrijpen
de hoofdzaken in de tekst vinden
het antwoord op een vraag zoeken
betrouwbaarheid van de tekst beoordelen

Slide 7 - Drag question

Leesdoelen en leesstrategieën
LEESDOEL = Waarom lees je iets?
LEESSTRATEGIE = Hoe lees je iets?

Doelen van de les: 
- je kunt uitleggen welke leesdoelen, leesstrategieën en aanpak bij elkaar horen.
- je kunt belangrijke informatie uit de tekst halen en de manier van lezen daarop afstemmen.
 

Slide 8 - Slide

Oefentoets maken
timer
15:00

Slide 9 - Slide

antwoorden
1 (K) 1pt Dat hangt af van het leesdoel.

2 (T) 1pt A brein in slaap

3 (T) 2pt D Hij toont aan dat we tijdens onze slaap bepaalde herinneringen extra goed opslaan.

4 (T) 2pt alinea 7, 8 en 9

5 (T) 2pt ‘In plaats van rust te nemen, zijn onze organen tijdens de slaap juist actief bezig om alle processen in het lichaam weer in balans te brengen.’ / ‘In plaats … te brengen.’

6 (T) 2pt B Je krijgt lichamelijke klachten en wordt erg moe.

7 (T) 3pt door het interviewen van neurowetenschapper Eelco van Dongen

8 (T) 2pt De tekst is betrouwbaar, want de schrijfster heeft informatie gevraagd aan een deskundige.

Slide 10 - Slide

Noem drie leesstrategieën

Slide 11 - Open question

Verschillende leesstrategieën
  • verkennend lezen
  • globaal lezen
  • precies lezen
  • zoekend lezen
  • kritisch lezen

Slide 12 - Slide

Welke leesstrategie past bij dit leesdoel?
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen

Slide 13 - Drag question

Welke leesstrategie past bij dit leesdoel?
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen

Slide 14 - Drag question

Welke leesstrategie past bij dit leesdoel?
Oriënterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen
Kritisch lezen

Slide 15 - Drag question

Maken..
H4 Lezen - Opdracht 3 

Slide 16 - Slide

Leesdoelen en leesstrategieën
LEESDOEL = Waarom lees je iets?
LEESSTRATEGIE = Hoe lees je iets?

Doelen van de les: 
- je weet welke leesstrategieën er zijn en wanneer je die gebruikt.
- je kunt een leesdoel bepalen en daarna de juiste leesstrategie.
 

Slide 17 - Slide

Vragende voornaamwoorden
  • Er zijn vier vragende voornaamwoorden (vrag.vnw):
    wie, wat, welk(e), wat voor (een).

  • Een vrag.vnw staat meestal aan het begin van een vraag. Welke spieren train je met hardlopen?

  • Wanneer een vrag.vnw midden in een zin staat, kun je er een vraag van maken waarin het vragend voornaamwoord vooraan komt te staan.

    Weet jij wie er morgen op je verjaardag komen
    Wie komen er vanavond op je verjaardag, weet jij dat?
    Wie = vragend voornaamwoord



Heb je nog vragen?

Slide 18 - Slide