VORM

Beeldaspect VORM 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Beeldaspect VORM 

Slide 1 - Slide

VORM 
Vormen kun je tekenen, schilderen, boetseren of bouwen uit allerlei materialen. Je kunt onderscheid maken tussen tweedimensionale vormen (2d) en driedimensionale vormen (3d). Vormen zijn ontstaan in de natuur of door de mens bedacht.
Vormen stellen iets voor (figuratief) of stellen niets voor (abstract)

Je oefent alvast een aantal van de beeldaspecten en op welke manier je ze moet kunnen toepassen. 

Slide 2 - Slide

De opdracht: 
  • Kies een lege pagina in je tekenschrift (een blad zonder lijnen kun je aan beide kanten gebruiken)
  • Ga opzoek naar afbeeldingen die horen bij de begrippen
  • Plaats de afbeeldingen bij het juiste woord in het onderstaande document
  • Zet bij elke afbeelding of tekening de juiste betekenis.
  • Let op: de ene helft van de afbeeldingen zoek en plak je op, de andere helft teken je zelf.








2D - 3D

Symmetrisch- Asymmetrisch 

Geometrische vorm - Organische vorm

Open vorm - Gesloten vorm 

Figuratieve vorm - Non-figuratieve vorm

Enkelvoudige vorm - Samengestelde vorm

Gedetailleerde vorm - Gestileerde vorm 

Vormovereenkomst - Vormcontrast



Tijdspad: 


We hebben deze les en het laatste deel van de volgende les voor deze onderzoeksopdracht. 


Beoordeling: 


Je kunt laten zien dat je de beeldaspecten vorm begrijpt en kunt definiëren

Je kunt laten zien dat je de beeldaspecten kunt toepassen op (bestaande) afbeeldingen

Je geeft de pagina’s op een duidelijke en interessante manier vorm VORM


2D - 3D
Symmetrisch- Asymmetrisch 
Geometrische vorm - Organische vorm
Open vorm - Gesloten vorm 
Figuratieve vorm - Non-figuratieve vorm
Enkelvoudige vorm - Samengestelde vorm
Gedetailleerde vorm - Gestileerde vorm 
Vormovereenkomst - Vormcontrast

Beoordeling: 
Je kunt laten zien dat je de beeldaspecten vorm begrijpt en kunt uitleggen. Je kunt laten zien dat je de beeldaspecten kunt toepassen op (bestaande) afbeeldingen. Je geeft de pagina’s op een interessante manier vorm

Slide 3 - Slide

3D vorm
2D vorm

Slide 4 - Slide

open vorm
gesloten vorm

Slide 5 - Slide

figuratieve vorm

non-figuratieve vorm

(abstract)

Slide 6 - Slide

organische vorm
geometrische vorm

Slide 7 - Slide

vormovereenkomst/
vormeenheid
vormcontrast

Slide 8 - Slide

enkelvoudige vorm
samengestelde vorm

Slide 9 - Slide

symmetrische vorm
asymmetrische vorm

Slide 10 - Slide

gedetailleerde vorm
gestileerde vorm

Slide 11 - Slide


De afbeelding die je hier ziet is...
(twee antwoorden goed)
A
figuratief
B
gestileerd
C
geometrisch
D
abstract

Slide 12 - Quiz


De afbeelding die je hier ziet is een...
(twee antwoorden goed)
A
samengestelde vorm
B
figuratieve vorm
C
abstracte vorm
D
geometrische vorm

Slide 13 - Quiz


De afbeelding die je hier ziet is een...
(twee antwoorden goed)
A
samengestelde vorm
B
symmetrische vorm
C
figuratieve vorm
D
ruimtelijke vorm

Slide 14 - Quiz

Als je duidelijk kunt zien wat het voorstelt dan heet dat.....
Het tegenvergestelde van plat is......
Hoe heet het als een beeld uit verschillende onderdelen is gemaakt....
Als je geen idee hebt wat het beeld voorstelt dan heet dat....
Je ziet wel wat het voorstelt, maar er zijn veel details weggelaten. Hoe heet dat.....
Er zit geen ruimte in het beeld. Hoe heet dan de vorm....
gestileerd
abstract
samengesteld
gesloten
ruimtelijk
figuratief

Slide 15 - Drag question

Beeldaspect VORM


Je ziet hier het lijstje met begrippen nog een keer. 

Ze staan niet voor niets naast elkaar, ze zijn het tegenovergestelde van elkaar! Leer ze ook zo!

2D - 3D

open - gesloten

figuratief - abstract

organisch - geometrisch

vormovereenkomst - vormcontrast

enkelvoudig - samengesteld

symmetrisch - asymmetrisch

gedetailleerd - gestileerd

Slide 16 - Slide

Beeldaspecten vorm
Nu heb je alle begrippen die bij het beeldaspect vorm horen gehad.

Een overzicht met de beeldaspecten 'vorm' vind je in Magister bij Studiewijzers. De theorie wordt getoetst door een SO en een praktische opdracht . 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide