1.7 Allemaal anders

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

H1 Planten en dieren

1.7 Allemaal anders

Planning

- Herhaling vorige basisstoffen

- Paragraaf 7: Allemaal anders

- Zelfstandig werken

- Afsluiting en herhalen van de leerdoelen

Noem één voorbeeld van een lichamelijke verandering en geestelijke verandering. Vergeet niet aan te geven wat waar hoort!

Hoe weet je of iets een organisme is?

Hiernaast zie je een tekening van een potlood. Is dit een buitenaanzicht, dwarsdoorsnede of lengtedoorsnede?

1. buitenaanzicht
2. dwarsdoorsnede
3. lengtedoorsnede

In welk levensfase leer je praten?

1. Baby
2. Kleuter
3. Peuter
4. Puber

Lichamelijke en geestelijke ontwikkeling

Lichamelijke verandering

Je lichaam verandert, je wordt langer, maar je krijgt bijvoorbeeld ook haargroei, jongens een baard, vrouwen brede heupen.

Geestelijke verandering

Je leert nieuwe dingen, ontwikkelt gevoelens, je wordt bijvoorbeeld verliefd.

Levensfasen

Aan het einde van de les...

- Weet je hoe planten en dieren zijn aangepast aan hun omgeving.

Aanpassingen van planten

Wat valt je op?

Aanpassingen

Veranderingen waardoor je beter in een omgeving kunt leven

Aanpassingen van dieren

Gestroomlijnd lichaam: Hierdoor kunnen dieren snel door het water zwemmen of vliegen.

Aanpassingen van dieren

Wat valt je op als je deze poolvos en woestijnvos vergelijkt?

     > Waarom zou dat zo zijn?

Aanpassingen om te voeden

Aanpassingen voor verdediging

Wat ken je nog meer?

Schutkleur

Kleur(en) waardoor het dier heel erg op de omgeving lijkt, hierdoor word je minder snel gezien.

Zelfstandig werken

- Werk aan de opdrachten van 1 tot en met 5, 7 en 8 van paragraaf 7.

- Eerder klaar? Maak 6+, 9+ en de samenhang (opdr. 10). 

- Overleggen mag met je buurman of buurvrouw.

- Kom je er niet uit? Steek je vinger op!

Succes! 

Wat is een aanpassing?

Wat is de functie van schutkleuren?

1. Zo zien de dieren er mooier uit
2. Zo zijn de dieren aantrekkelijker voor een partner
3. Zo worden dieren minder snel gezien
4. Zo worden de dieren sneller gezien

Noem een voorbeeld van een aanpassing om te voeden bij dieren.