Je kunt uitleggen wat het zintuigenstelsel is en wat een zintuigcel is
Je kunt de plekken van zintuigen benoemen
Je kunt uitleggen wat de drempelwaarde en gewenning zijn
Slide 3 - Slide
Zintuig
Orgaan die reageert op prikkels
Waar liggen deze zintuigen?
Slide 4 - Slide
Zintuigen-stelsel
Alle zintuigen bij elkaar
Slide 5 - Slide
Drempelwaarde
Alleen als een prikkel sterk genoeg is ontstaat een impuls
De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt is de drempelwaarde
Hoe lager de drempelwaarde, hoe sneller een impuls wordt gemaakt
Slide 6 - Slide
Adequate prikkel
Zintuigcellen reageer maar op 1 type prikkel: de adequate prikkel
Slide 7 - Slide
Gewenning
Na een tijdje wordt de drempelwaarde hoger
Motivatie speelt ook een rol bij de drempelwaarde
Slide 8 - Slide
Beinvloeding van de grote hersenen
Slide 9 - Slide
Opdrachten maken!
Slide 10 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het zintuigenstelsel is en wat een zintuigcel is
Je kunt de plekken van zintuigen benoemen
Je kunt uitleggen wat de drempelwaarde en gewenning zijn
Slide 11 - Slide
Basisstof 2: De neus en de tong
Slide 12 - Slide
Leerdoelen
Je kunt benoemen hoe het reukzintuig werkt
Je kunt benoemen hoe het smaakzintuig werkt
Slide 13 - Slide
Reukzintuig
Slide 14 - Slide
Smaakzintuig
Slide 15 - Slide
Opdrachten maken!
Slide 16 - Slide
Leerdoelen
Je kunt benoemen hoe het reukzintuig werkt
Je kunt benoemen hoe het smaakzintuig werkt
Slide 17 - Slide
Basisstof 3: De oren
Slide 18 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat geluid is
Je kunt het verschil in geluidssterkten en toonhoogtes uitleggen
Je kunt de onderdelen van het oor benoemen en de werking uitleggen
Slide 19 - Slide
Geluiden/trillingen
Slide 20 - Slide
Geluidssterkten
Slide 21 - Slide
Het oor
Slide 22 - Slide
Opdrachten maken!
Slide 23 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat geluid is
Je kunt het verschil in geluidssterkten en toonhoogtes uitleggen
Je kunt de onderdelen van het oor benoemen en de werking uitleggen
Slide 24 - Slide
Basisstof 4: De ogen
Slide 25 - Slide
Leerdoelen:
Je kunt de onderdelen van het oog benoemen
Je kunt de functies van deze onderdelen beschrijven
Slide 26 - Slide
Uitwendige bouw van de ogen
Slide 27 - Slide
Inwendige bouw van de ogen
Slide 28 - Slide
Opdrachten maken!
Slide 29 - Slide
Leerdoelen:
Je kunt de onderdelen van het oog benoemen
Je kunt de functies van deze onderdelen beschrijven
Slide 30 - Slide
Basisstof 4: De iris en de ooglens
Slide 31 - Slide
Leerdoelen:
Je kunt uitleggen hoe de lens werkt je kunt uitleggen hoe je pupilreflex werkt je kunt uitleggen hoe wij scherp kunnen zien Je kunt uitleggen wat er gebeurt als je ver of dichtbij iets moet zien Je kunt uitleggen wat accommoderen is
Slide 32 - Slide
Hoe werkt de lens?
Slide 33 - Slide
Pupilreflex
Slide 34 - Slide
Scherp zien
Licht afbuigen: bolle lenzen
Lensbandjes: Bevestiging aan kringspier
Slide 35 - Slide
Veraf en dichtbij
Slide 36 - Slide
accommoderen
Slide 37 - Slide
Opdrachten maken!
Slide 38 - Slide
Leerdoelen:
Je kunt uitleggen hoe de lens werkt je kunt uitleggen hoe je pupilreflex werkt je kunt uitleggen hoe wij scherp kunnen zien Je kunt uitleggen wat er gebeurt als je ver of dichtbij iets moet zien Je kunt uitleggen wat accommoderen is
Slide 39 - Slide
Basisstof 5: Het netvlies
Slide 40 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe de zintuigcellen liggen op het netvlies
Je kunt uitleggen wat kegeltjes en staafjes zijn
Je kunt uitleggen wanneer je kleurenblind bent
Slide 41 - Slide
Netvlies
Slide 42 - Slide
Kegeltjes
Kegeltjes: Werken alleen bij genoeg licht Je ziet kleur en details Rood, groen of blauw licht