8.5 Natievorming

8.5 Natievorming
1 / 42
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

8.5 Natievorming

Slide 1 - Slide

Een natie is
A
een groep mensen met een eigen cultuur
B
een volk dat zijn eigen staat heeft of wil vormen
C
een groep mensen met een eigen geschiedenis
D
cultureel erfgoed

Slide 2 - Quiz

Herinneren jullie je dit nog?

Slide 3 - Slide

4

Slide 4 - Video

Taal is een bindmiddel
A
dat is juist
B
dat is onjuist

Slide 5 - Quiz

Wat helpt bij natievorming?
A
volkslied
B
vaderlandse geschiedenis op school
C
vlag
D
tradities

Slide 6 - Quiz

00:16
Wat zeggen ze hier?
A
Waar geen grenzen meer bestaan.
B
Waar geen grens bestaat.
C
Waar geen grijnzen meer bestaat.
D
Geen idee

Slide 7 - Quiz

01:18
Goudgele bloedlichaampjes?
A
Bloedtransfusie
B
Metworsten
C
Knuppels
D
flesjes Bier

Slide 8 - Quiz

01:30
Ik heb hier
A
(bijna) alles van verstaan
B
(bijna) niets van verstaan.

Slide 9 - Quiz

Sociale cohesie stimuleren

Slide 10 - Slide

9

Slide 11 - Video

Modernistische school
Bewust cohesie bevorderen

Slide 12 - Slide

Nationalistische school
Kritiek op de modernistische school

Slide 13 - Slide

01:03
Voor welke nationaliteit zou jij je huidige nationaliteit wel willen inruilen?

Slide 14 - Open question

01:45
Is een universitair diploma NL taal en -letterkunde genoeg?
A
Ja dat lijkt me wel
B
Nee dat lijkt me niet

Slide 15 - Quiz

01:54
Ik vind dat:
A
Goed: een erkend diploma is belangrijk.
B
Belachelijk: dat is een van de hoogste diploma's NL die je kunt halen.
C
Anders

Slide 16 - Quiz

02:11
Ik denk dat ze een stuk van haar identiteit zou verliezen bij het opgeven van haar deense paspoort.
A
Eens
B
Oneens

Slide 17 - Quiz

02:50
In je boek wordt de
traditionalistische school de nationalistische school genoemd!!!

Slide 18 - Slide

06:12
Wie vindt dat bataven echte NL zijn?
A
Ikke
B
Ik niet

Slide 19 - Quiz

06:31
Volgens mij hebben gelijk...
A
de modernisten
B
de nationalisten (traditionalisten)

Slide 20 - Quiz

07:19
De Franse Revolutie van 1789
Liberté
Egalité
Fraternité

Slide 21 - Slide

07:19
Waaraan doet deze aanhef van de proclamatie je denken?

Slide 22 - Open question

De nationalistische school zegt over het onstaan van de naties:...

Slide 23 - Open question

Dat zij al in de middeleeuwen zijn ontstaan en organische gegroeide eenheden zijn die zich tot naties hebben ontwikkeld. Zij gaan ervan uit dat tradities een belangrijke rol spelen in het bepalen van de nationale identiteit en cultuur.

Slide 24 - Slide

MW 1/2 2 dec

Slide 25 - Slide

De modernistische school zegt over het ontstaan van naties:

Slide 26 - Open question

Dat staten een belangrijke rol hebben gespeeld bij het proces van natievorming. Daarbij zijn vaak verhalen en mythen over de nationale identiteit bedacht om de bindingen met de staat en de sociale cohesie te versterken. Die mythen zijn een soort stereotypen waarin mensen wel iets herkennen van het volk waar ze bij horen.

Slide 27 - Slide

Ideologieën Naties goed of slecht?

Slide 28 - Slide

Hoe denk jij erover?
A
Ik vind het goed dat er Naties zijn.
B
Ik vind dat alle volken gelijk zijn.
C
De Natie is niet heilig, maar wel goed omdat je dan dezelfde waarden deelt.

Slide 29 - Quiz

Lees, vat samen en maak 8.5
Maak opdracht 13,14,15

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

01:30
Het buurtfeest
A
begint om 19:00 uur
B
kan niet doorgaan.
C
kan doorgaan.
D
wordt georganiseerd.

Slide 34 - Quiz


A

Slide 35 - Quiz

Denk aan een conflict. Waar ligt de bron van dat conflict?

Slide 36 - Open question

4

Slide 37 - Video

00:40
Dit noemen we ook wel
A
geweldsmonopolie
B
belastingmonopolie
C
toeslagenaffaire
D
staatsvorming

Slide 38 - Quiz

01:03
Verdeeldheid (over wat dan ook) is een bedreiging voor
A
de cohesie in het rijk
B
rationalisering
C
staatsvorming
D
cultuur

Slide 39 - Quiz

01:55
Waarom leidde het idee van één godsdienst niet tot cohesie maar tot conflict?
A
omdat men geen belasting wilde betalen.
B
men was tegen het gewelds- en belastingsmonopolie
C
omdat men vond dat je niet katholiek maar protestant moest zijn.
D
omdat men godsdienstvrijheid belangrijker vond

Slide 40 - Quiz

03:07
natievorming vooruitblik naar 7.4

Slide 41 - Slide

Zoek een opdracht uit je boek die je helpt om 7.4 te begrijpen en leg uit waarom dit zal helpen.

Slide 42 - Slide