Dag 3

• Aardrijkskunde
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Dag 3 Themaweek gezondheid

Wat hebben jullie gisteren gedaan?

Doel van deze week

Kennis maken en vaardigheden leren om je bewust te maken wat gezonde voeding is en wat bewegen met je lichaam doet.

 

Van IK DOE, naar IK WEET, IK GA DOEN tot IK BLIJF HET DOEN

Wat gaan we vandaag doen?

1. We gaan verder met de PowerPoint: Ik weet

2. Schrijf over hoe je aan je competenties hebt gewerkt.

3. Je leert wat spijsvertering is.

4. Je kan in je eigen woorden uitleggen hoe de spijsvertering werkt.

5. Je leert wat stoelgang is.

Spijsvertering 

1. Denk even (1 minuut) in stilte na wat het woord betekent.

Waar denk je aan bij spijsvertering?

1. Overleg zachtjes met één ander waar je allemaal aan denkt bij spijsvertering. Jullie krijgen twee minuten.

2. Na de twee minuten bespreken we het klassikaal

spijsvertering

Spijsvertering

Spijs is een oud woord voor voedsel.

Spijzen is ook een oud woord voor gerechten.

Verteren = het verwerken. (denk aan een fabriek).

Spijsverteren = het verwerken van voedsel door het lichaam tot stoffen die het lichaam nodig heeft.

www.bing.com

Maak een poster over hoe de spijsvertering werkt.

1. Kijk naar het plaatje

2. Teken het ongeveer na.

3. Schrijf op je poster in korte zinnen wat er gebeurt.

Bijv. wat gebeurt er in je maag?

Je kunt kijken bij:

https://www.mlds.nl/spijsvertering/wat-is-je-spijsvertering/

Stoelgang?

Wat denken jullie dat het woord betekent?

Denk even (1 minuut)  in stilte na.

Wacht tot ik vraag wie het antwoord weet en steek dan je vinger op.

Stoelgang?

Leenwoord van Duits Stuhlgang, verwijzend naar het discreet lopen naar de zogenaamde nachtstoel, een meubelstuk waar men zittend zijn behoefte kan doen. In de betekenis van ‘ontlasting’ voor het eerst aangetroffen in 1477Wat denken jullie dat het woord betekent?

Spijsvertering

Gezondheid is...

weten wat je eet en bewegen.

Gezond eten en voldoende bewegen is belangrijk voor je lichaam.

Competenties

Samenwerken

Je gaat op een goede manier met je klasgenoten om

Je gaat op een goede manier met de docent om

Je neemt initiatief

Je past je aan in veranderende situaties

·Werkhouding

Je houdt je aan de opdracht

Je toont belangstelling

Communiceren tijdens werkzaamheden

Je luistert aandachtig en wordt niet ongeduldig

Je vraagt om hulp als dat nodig is

Je gaat op een goede manier met kritiek om 

Weekscore

Zorg ervoor dat je je weekscore de hele week bij je hebt.

Waarom is gezond zijn belangrijk?

Energie nodig hebben = actief zijn

Betere conditie = beter rennen. Dat je door kan als je moe bent.

Zo leef je langer.

Gaat gezondheid alleen over eten en bewegen?

Hoe voel je je als je gezond bent?

Je voelt je goed en actief.

Je voelt je niet lui.

Je voelt je energievol.

Je voelt je licht en niet zwaar.

Je voelt je blij 

Je hebt zin in het leven.

Je hebt zin om dingen te doen.

Je blijft posifiet.

Gaat gezondheid alleen over eten en bewegen? 

Met vrienden naar buiten.

Met familie op avontuur.

Leuke dingen doen. Dingen doen je leuk vindt.

Altijd helpen. Nieuwe dingen leren.

Lief zijn voor elkaar.

Lachen is gezond. Muziek luisteren. Stress gaat weg.

Welke maaltijden zijn er?

Welke maaltijden zijn er?

Ontbijt

Lunch

Avondeten

Tussendoortjes

Ontbijt