10.3-2

Welkom! 
Welkom
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom! 
Welkom

Slide 1 - Slide

Welkom! 
Planning:
Even opstarten
05 min
Klassikaal lezen Hefbomen (Paragraaf 10.3)
10 min
LessonUp Hefbomen
10 min
Uitleg Hefboomwet 
10 min
Online practicum Hefboomwet
30 min
Lesafsluiting
05 min

Slide 2 - Slide

Planning tot aan SO:
  1. Maandag 20 nov:           Paragraaf 10.1         
  2. Woensdag 22 nov:        Paragraaf 10.2-1       
  3. Vrijdag 24 nov:                Paragraaf 10.2-2         
  4. Maandag 27 nov:           Paragraaf 10.3-1       
  5. Woensdag 29 nov:        Vervalt i.v.m. lesjesmiddag         
  6. Vrijdag 1 dec:                   Paragraaf 10.3-2             
  7. Maandag 4 dec:              Paragraaf 10.4-1           
  8. Woensdag 6 dec:            Paragraaf 10.4-2            
  9. Vrijdag 8 dec:                   Paragraaf 10.5-1
  10. Maandag 11 dec:            Paragraaf 10.5-2   
  11. Woensdag 13 dec:         Herhalingsles H10
  12. Vrijdag 15 dec:                 SO H10 Paragraaf 1 t/m 5

Slide 3 - Slide

Open je boek op blz. 195
We lezen samen de tekst hefbomen in evenwicht

Slide 4 - Slide

Een honkbalknuppel gebruik je, omdat
A
hij je arm langer maakt en je dan je kracht kunt vergroten
B
hij er voor zorgt dat je geen blauwe plekken op je arm krijgt
C
Hij van hout of metaal is en dat is elastisch, zodat je kunt slaan
D
Hout of metaal zwaarder is zodat je precies kunt mikken

Slide 5 - Quiz

Waarom heeft men voor het principe van een hefboom gekozen?
A
door een kleine en een grote arm, vergroot je de kracht.
B
door een kleine en een grote arm, brand de blijde niet af met een vuurbal
C
door een kleine en een grote arm is het hout sterker
D
door een kleine en een grote arm, ben je sneller klaar.

Slide 6 - Quiz

vul in:
Hoe (1) de hefboom is
hoe (2) kracht je kunt zetten
A
1 kleiner 2 meer
B
1 groter 2 minder
C
1 groter 2 meer
D
1 krachtiger 2 minder

Slide 7 - Quiz

Je wil een moer losdraaien van je fiets. Hij zit erg vast, welke sleutel gebruik je?
------>
------>
A
De langste boven
B
De kortste beneden
C
geen van allen
D
mijn huissleutels

Slide 8 - Quiz

Deze schaar,
A
gebruik ik altijd voor metaal zoals ijzer
B
gebruik ik altijd voor papier zoals behang
C
gebruik ik altijd voor in de tuin zoals takken
D
gebruik ik altijd voor karton zoals dozen

Slide 9 - Quiz

Deze schaar,
A
gebruik ik altijd voor metaal zoals ijzer
B
gebruik ik altijd voor papier zoals behang
C
gebruik ik altijd voor in de tuin zoals takken
D
gebruik ik altijd voor noten zoals hazelnoot

Slide 10 - Quiz

Welke kracht zie je hier ?
A
trekkracht
B
drukkracht
C
wringkracht
D
buigkracht

Slide 11 - Quiz

Aan de slag
  • Wat? Maak 10.3 opdracht 64 t/m 73
  • Hoe? Zelfstandig, in je werkboek
  • Hulp? Lees 10.3 nogmaals door
  • Tijd? 15 minuten
  • Resultaat? Klassikaal bespreken
  • Klaar? Maak de rest van 10.3 af
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Practicum 
  • Wat? Maak de opdrachten in het boekje terwijl je de simulatie uittest
  • Hulp? Lees 10.3 en 10.4 nogmaals door
  • Tijd? 20 minuten
  • Resultaat? Klassikaal bespreken
  • Klaar? Maak de rest van 10.3 af
timer
20:00

Slide 18 - Slide