Oppervlakte toets

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Toets Oppervlakte H3
Let op!
Bij de berekeningen alleen een getal invullen.
Heb je dat begrepen?

1. Ja
2. Nee

Schrijf de oppervlakte eenheden van klein naar groot.

De oppervlakte van een rechthoek bereken je met de formule

1. zijde x zijde
2. 0,5 x lengte x zijde
3. lengte x breedte
4. zijde x bijbehorende breedte

De oppervlakte van een parallellogram bereken je met de formule

1. lengte x breedte
2. 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
3. diagnaal 1 x diagonaal 2
4. zijde x bijbehorende hoogte

De oppervlakte van een driehoek bereken je met de formule

1. 0,5 x diagonaal 1 x diagonaal 2
2. 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
3. diagnaal 1 x diagonaal 2
4. zijde x bijbehorende breedte

De oppervlakte van een cirkel bereken je met de formule

1. diameter⋅π
2. π⋅straal⋅straal
3. straal⋅π
4. diameter⋅diameter⋅π

De omtrek van een cirkel bereken je met de formule

1. π⋅diameter
2. straal⋅straal⋅π
3. straal⋅π
4. diameter⋅diameter⋅π

De oppervlakte van driehoek A is .... cm²

De oppervlakte van driehoek A is .... cm²

De oppervlakte van de driehoek is .... cm²

De oppervlakte van het figuur is .... cm²

De oppervlakte van het figuur is .... cm²

lengte= 3 cm, breedte = 5 cm, hoogte = 6 cm
De oppervlakte van de balk is .... cm²

Het verkeersbord moet rood geverfd
worden. Het witte deel blijft wit.
Bereken hoeveel cm² rood wordt.
(rond je antwoord af op 1 decimaal)

Wat is de omtrek van dit verkeersbord?
(rond je antwoord af op 1 decimaal)