Sondevoeding en stomazorg

Oefenvragen
stoma en sondevoeding
1 / 35
next
Slide 1: Slide
ZorgkundeMBOStudiejaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Oefenvragen
stoma en sondevoeding

Slide 1 - Slide

Wat is een indicatie voor een stoma?

Slide 2 - Mind map

Waarom zou je voor een PEG sonde kiezen?

Slide 3 - Open question

Wanneer een stoma gepland wordt gemaakt, waar let je dan op waar deze wordt geplaatst

Slide 4 - Mind map

Wanneer wordt een stomaplug gebruikt?

Slide 5 - Open question

Bij wat voor soort stoma gebruik je het zakje op de foto?

Slide 6 - Open question

Wat is een continent stoma?

Slide 7 - Mind map

Waar kan je een tijdelijke stoma aan herkennen?
A
enkelloops uitgang(roosje)
B
dubbelloops uitgang(roosje)
C
dunne ontlasting
D
dikke ontlasting

Slide 8 - Quiz

Op welke temperatuur dien je sondevoeding toe?
A
gesteriliseerd, 100 graden
B
lichaamstemperatuur, 37 graden
C
Kamertemperatuur, 20 graden
D
koelkasttemperatuur, 4-7 graden

Slide 9 - Quiz

Een stoma is een blijvende ingreep
Waar
Niet waar

Slide 10 - Poll

Hoe ontstaat stripeffect bij een stoma?

Slide 11 - Open question

Wat is polymere voeding?
A
Bevat nog intacte moleculen
B
Bevat voor verteerde moleculen
C
Bevat eenzijdige moleculen
D
Bevat veel mineralen

Slide 12 - Quiz

Welke sondevoeding krijg je wanneer je voeding niet goed kan verteren?
A
monomere sondevoeding
B
polymere sondevoeding

Slide 13 - Quiz

Noem een soort van sondevoeding

Slide 14 - Open question

Wat voor soort toedieningsvorm zie je op de foto?

Slide 15 - Open question

Welke is een PEG sonde
A
B
C

Slide 16 - Quiz

Wat is de juiste ph waarde bij controle van de sonde?

Slide 17 - Open question

Waarom is mondzorg belangrijk bij sondevoeding?

Slide 18 - Open question

Welk soort medicatie geeft kans op obstipatie?
A
laxeer
B
morfine
C
Antipsychotica
D
insuline

Slide 19 - Quiz

Op welke zijde leg je de zorgvrager bij het inbrengen van een klysma?
A
linkerzij
B
rechterzij

Slide 20 - Quiz

Klysma
Fosfaatklysma
Wordt gebruikt wanneer ontlasting aan het einde van de endeldarm zit
Hoog opgaand klysma
Voor een onderzoek
Stimuleert de darmwerking

Slide 21 - Drag question

Hoeveel liter water dien je toe bij een hoog opgaand klysma
A
0,5- 1 liter
B
0,5- 3 liter
C
0,5-2liter
D
0,5 is maximum

Slide 22 - Quiz

Welke stoma kan terug geplaatst worden?
A
enkelloops stoma
B
dubbelloops stoma

Slide 23 - Quiz

Wat voor stoma krijg je wanneer de blaas verwijderd is?

Slide 24 - Open question

Wanneer heeft iemand ondertemperatuur?
A
onder 37,5 graden
B
onder 36,5 graden
C
onder de 35,5 graden
D
onder de 34,5 graden

Slide 25 - Quiz

Stadium 1
Stadium 2
Stadium 3
Warmte stadium 
Koude stadium
Transpiratiestadium 

Slide 26 - Drag question

Wie krijgt geen sonde?
A
Chronische darmaandoening
B
kwaadaardige aandoening
C
Neurologische aandoening
D
gastric bypass

Slide 27 - Quiz

Welke sonde heb ik nodig wanneer ik langer dan 3 maanden sondevoeding krijg?
A
pvc-sonde
B
pur sonde
C
siliconen sonde
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 28 - Quiz

Wat houdt de NEX-score in?

Slide 29 - Open question

Noem een rede voor maagretentie?

Slide 30 - Mind map

Waarom zou je de temperatuur op willen nemen?

Slide 31 - Open question

Waar meet ik wanneer ik tympanisch meet?
A
via de oksel
B
via de mond
C
via de anus
D
via het oor

Slide 32 - Quiz

Noem een factor die de temperatuur beïnvloed

Slide 33 - Mind map

Waarom zal iemand met dementie sneller afkoelen?

Slide 34 - Open question

Waarvoor is een hitteprotocol?

Slide 35 - Open question