Herhalingsles hoofdstuk 2 eerstejaars

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Herhalingsles hoofdstuk 2

2.1 tot en met 2.5

Lesdoelen

• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de democratie van Athene eruit zag. (paragraaf 2.1)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de stadstaat Sparta in elkaar zat. (paragraaf 2.2)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de Grieken hun goden vereerden. (paragraaf 2.3)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen wie Alexander de Grote was. (paragraaf 2.4)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen wat filosofie betekent.

Planning

- Uitleg

- Kennisquiz

- Vragen stellen

- Afsluiting

Uitleg

- Als je een vraag hebt, steek je je hand op (knopje op Teams) of zet je je microfoon even aan.

- Als ik je naam noem om je een vraag te stellen, geef dan zo goed mogelijk antwoord.

2.1

Koloniën en democratie

Griekse koloniën

• Griekenland onvruchtbaar
• Demeter, godin van de landbouw
• Veel Grieken trokken weg
• Oogstproducten naar Griekenland
• Uitbreiding van de Griekse cultuur

Stadstaten

• Oud Griekenland was een verzameling van kleine staatjes
• Elke staat had één stad als centrum
• Iedere stadstaat zijn eigen bestuur
• Athene en Sparta

Bestuur in Athene

• Directe democratie
• Burgers
• Volksvergadering
• Alleen vrije Atheense mannen mochten beslissen
• Raad van 500
• Ostracisme

2.2

This is Sparta!

Sparta

• Monarchie
• Twee koningen
• In vredestijd rechter en priester
• In oorlogstijd legeraanvoerders
• Volksvergadering
• Groep van 5 mensen met meeste macht
• Keuren van baby's
• Training van jongens en meisjes

2.3

Verering van de Griekse goden

Verering van de goden

• Tempels met beelden
• Feesten
• Offers
• Advies van een orakel (priester of priesteres)
• Vaak vage uitspraken van een orakel

Olympische spelen

• Ter ere van de goden
• Het dorp Olympia
• Sport en godsdienstig feest
• Staking van oorlogen
• Alleen mannen mochten meedoen
• Regelmatig slachtoffers
• Nu nog steeds gehouden

2.4

Alexander de Grote

Alexander de Grote

• Zoon van Filippus II, koning van Macedonië.
• Na dood Filippus II wordt Alexander koning. 
• Hij sticht een heel groot rijk.
• Hierdoor werd de Griekse cultuur verspreidt.
• Hellenisme.

2.5

Vrijheid om te denken

Wetenschap

• Nieuwsgierig.
• Mythes gaven niet genoeg antwoorden.
• Kennis krijgen door bestuderen en nadenken.
• Wetenschap.
• Kennis over natuurkunde, aardrijkskunde, wiskunde, geneeskunde.

Filosofie

• Nadenken over grote levensvragen.
• Filosofie.
• Plato.
• Filosofen als leraren.
• Aristoteles.
• Sokrates.

Kunst

• Goede bouwers en beeldhouwers.
• Menselijk lichaam.
• Symmetrie in gebouwen.
• Toneelstukken.
• Tragedies en komedies.
• Halfronde theaters.

Klassieke cultuur

• Koloniën en handel.
• Uitbreiding van de Griekse cultuur.
• Mensen namen de kunststijl en cultuur van de Grieken over.
• Ook de latere Romeinen.
• Klassieke cultuur.

Kennisquiz

- Doe je eigen naam (emojis mag).

- Bij de open vragen geef je zo goed mogelijk antwoord.

Waarom gingen de oude Grieken koloniën stichten?

1. Omdat Griekenland onvruchtbaar was.
2. Omdat de Grieken meer macht wilde.
3. Omdat de Grieken wilde uitbreiden.
4. Omdat de Grieken daar zin in hadden.

Wat zijn stadstaten?

Atheense democratie

Sparta

Hoe vereerden de oude Grieken hun goden?

Wat hebben Alexander de Grote en hellenisme met elkaar te maken?

Wat is filosofie?

1. Kennis krijgen door bestuderen
2. Rekenen met getallen
3. Nadenken over grote levensvragen
4. Een vorm van kunst

Vragen?

Afsluiting en lesdoelencheck

• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de democratie van Athene eruit zag. (paragraaf 2.1)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de stadstaat Sparta in elkaar zat. (paragraaf 2.2)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen hoe de Grieken hun goden vereerden. (paragraaf 2.3)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen wie Alexander de Grote was. (paragraaf 2.4)
• Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen wat filosofie betekent.