Over Taal - blok 5
1 / 14
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Zet de stappen van het ‘Stappenplan moeilijke woorden’ in de juiste volgorde.
Lees een stukje terug of verder en kijk of het woord wordt uitgelegd.
Kijk naar bekende stukjes in het woord.
Kijk naar de plaatjes bij de tekst.
Vraag de betekenis of zoek het op in een woordenboek.
Slide 4 - Drag question
Slide 5 - Slide
groter
A
dan
B
als
Slide 6 - Quiz
Ik ga liever naar Tenerife op vakantie ......... naar Zeeland.
A
als
B
dan
Slide 7 - Quiz
De film is niet zo leuk ................ het boek.
A
als
B
dan
Slide 8 - Quiz
Ik vond het tweede deel van deze strip niet zo goed ...... het eerste deel.
A
als
B
dan
Slide 9 - Quiz
Mijn tas is zwaarder ...... die van jou.
A
als
B
dan
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Bedenk een woord dat je in de A- én in de B-zin kunt invullen.
A Schilders werken soms met giftige … .
B Als je van … houdt, is de opleiding Mode misschien iets voor jou.
A Schilders werken soms met giftige … .
B Als je van … houdt, is de opleiding Mode misschien iets voor jou.
Slide 12 - Open question
Bedenk een woord dat je in de A- én in de B-zin kunt invullen.
A Er zijn goede … met de trein tussen Utrecht en Limburg.
B Bij techniek leer je verschillende soorten … maken.
A Er zijn goede … met de trein tussen Utrecht en Limburg.
B Bij techniek leer je verschillende soorten … maken.
