3.13 Opbouw alinea's - t/m opdr 5

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

	Vak: Nederlands Hoofdstuk: 3.13 opbouw alinea's
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	niveaugroep + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van Nederlands op tafel, maar laat deze nog even dicht. Pak ook je schrift en een pen/potlood.

2. Lesdoelen

Aan het eind van deze les:

- zie je het verschil tussen hoofd- en bijzaken in een tekst.

3. Niveaugroepen

- Hoger niveau: Gaat aan de slag in de studieruimte. Lees de theorie over alineaopbouw, blz. 138-139 en maak opdracht 1 en 2. 

Esra, Ecrin, Orhan, Mirza, Ojani

- Kader: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

- Instructie: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen!

Hoger niveau

Esra, Ecrin, Ojani, Mirza en Orhan

Huiswerk noteren + maken:

blz: 139/140

opdr: 1 en 2

Mini-check

Leerlingen in de kadergroep doen mee met de mini-check. 

Doe je boek open op blz. 139.

Bestaat de rest van de alinea uit uitleg of uit voorbeelden?

1. uitleg
2. voorbeelden

Bestaat de rest van de alinea uit uitleg of uit voorbeelden?

1. uitleg
2. voorbeelden

Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst hiernaast?

Wat is de kernzin van alinea 1?

Tekst in het groot in je boek op blz. 139/140

Wie maakt wat:

3 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:

les 3.13 opdracht 3 t/m 5 op blz. 139/140

De rest doet mee met de instructie.

4. Instructie

Lees en kijk mee naar de volgende dia.

Hoofdzaken en bijzaken

De belangrijke informatie in een tekst noem je de hoofdzaken.
Wat niet zo belangrijk is zijn de bijzaken.

Hoofdzaken

Belangrijke informatie over het onderwerp van de tekst.

Vaak staat deze informatie in de kernzin

Bijzaken

Minder belangrijke informatie, maken de hoofdzaken duidelijker.

• voorbeeld
• herhaling
• uitleg
• cijfers
• details

Uitleg - kernzin 

• In de eerste of laatste zin van een alinea staat vaak de belangrijkste informatie            kernzin.

• De andere zinnen geven meestal een uitleg/voorbeelden bij de kernzin.
• In elke alinea staat een kernzin.

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag ?

jullie gaan zelfstandig les 3.13 opdracht 3 t/m 5 op blz. 139/140

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig?

Had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 4 (zie volgende slide)

Wat is de kernzin van alinea 4?

Hoe is de opbouw in alinea 5?

1. kernzin - uitleg

2. kernzin - voorbeeld

3. uitleg - kernzin

4. voorbeeld - kernzin

Hoe is de opbouw in alinea 6?

1. kernzin - uitleg

2. kernzin - voorbeeld

3. uitleg - kernzin

4. voorbeeld - kernzin

6. Zelfstandig werken

Lees goed de gele stukjes theorie.

Je maakt les 3.13 opdracht 4 op blz. 139/140

Ben je klaar? 

1. Nakijken en verbeteren

2. Lezen in een leesboek of tijdschrift uit de kast.

 

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

Evaluatie leerdoelen: 

- zie je het verschil tussen hoofd- en bijzaken in een tekst?

8. Huiswerk & Toetsen

Huiswerk:

Blz. 139-140

3.13 opdracht 3 t/m 5

 

Toetsen:

Woensdag 6 maart. Toets begrijpend lezen.