aardrijkskundeles aardbevingen

Dit heb ik nodig: 

- Chromebook 

Aardrijkskunde 

www.telegraaf.nl

Wat weet je al over een aardbeving?

Begrippen 

Plaattektoniek: het bewegen van aardplaten 

Drie verschillende vormen hiervan: 

- Convergentie: hier bewegen de platen naar elkaar toe. 

- Divergentie: hier bewegen de platen van elkaar af. 

- Transform: hier bewegen de platen langs elkaar.

begrippen 

De aardkorst: het buitenste laagje van de aarde. 

Schaal van richter: geeft de kracht van een aardbeving aan.

Seismograaf: een apparaat dat trillingen in de aarde meet. 

Begrippen

Breuklijnen: bij een breuklijn schuiven de aardschollen/tektonische platen tegen elkaar, langs elkaar en van elkaar. 

Hypocentrum: de plaats in de aarde waar de aardbeving ontstaat. 

Epicentrum: de plek op de aardkorst waar een aardbeving het heftigst is. 

begrippen

Zeebeving: een aardbeving waarvan het epicentrum op de zeebodem ligt. 

Tsunami: een vloedgolf die het land overspoelt na een zeebeving. 

Wat voor vraag komt er in je op na het zien van het filmpje en het horen van de begrippen?

Onderzoek aardbevingen

- In groepjes van 4 ga je een hoofdvraag onderzoeken

- Je gaat met je groepje brainstormen over een hoofdvraag en 2 sub vragen. 

- Heb je een hoofdvraag en 2 sub vragen? Dan ga je aan de slag met de aangegeven bronnen en zoek je belangrijke informatie. 

- De hoofdvraag, de 2 sub vragen en de belangrijke informatie die je hebt gevonden verwerk je op een A3 vel. 

Hoofdvragen 

- Geen ja of nee antwoorden (open vragen en geen gesloten vragen).  

- Denk goed na wat je precies wilt weten over het onderwerp. 

Voorbeelden:

- Hoe kan het dat huizen blijven staan op de grond? 

- Kan een huis blijven staan op de grond? 

Sub vragen

- Sub vragen helpen je om antwoordt te krijgen op je hoofdvraag. 

Voorbeelden: 

- Van wat voor materiaal worden huizen vaak gemaakt? 

- Wat voor schilderijen hangen er aan de muur? 

Eisen aan het onderzoek

- Je verwerkt minimaal 6 stukjes tekst met belangrijke informatie op het A3 vel (Hier zitten ook de antwoorden van je hoofdvraag en sub vragen bij). 

- De stukjes tekst moeten minstens 3 zinnen bevatten. 

- Tekeningen mogen erbij, als het toegevoegde waarde heeft. 

- De samenwerking is belangrijk. Jullie zijn een groepje en moeten samen aan het onderzoek werken. 

Eisen aan het onderzoek

- Je hebt 1 hoofdvraag en 2 sub vragen (deze staan ook op je A3 papier). 

- Je gebruikt de toegewezen bronnen (ook dit zet je op je A3. blad bij de informatie waarbij je de bron hebt gebruikt). 

- Van de uitgelegde begrippen zijn er minimaal 2 verwerkt op je A3 vel. 

Bronnen 

- Schooltv: Aardbevingen, waardoor ontstaan ze? 

(https://schooltv.nl/video/aardbevingen-waardoor-ontstaan-ze/)

- Schooltv: Tsunami, een tsunami is het gevolg van een zeebeving. 

(https://schooltv.nl/video/tsunami-een-tsunami-is-het-gevolg-van-een-zeebeving/)

- Begrippenlijst vulkanisme 

(http://www.vulkanisme.nl/begrippenlijst.php) 

Bronnen 

- Aardrijkskunde samenvattingen/begrippen 

(https://www.sonnewijzer.nl/bestanden/460611/Groep-8-AK-samenvatting-en-topo.pdf)

- KNMI, platentektoniek 

(https://www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/uitleg/platentektoniek) 

- Willem wever, hoe wordt de kracht van een aardbeving gemeten?

(https://willemwever.kro-ncrv.nl/vraag_antwoord/de-aarde/hoe-wordt-de-kracht-van-een-aardbeving-gemeten)

Bronnen 

- Wikikids, aardbevingen 

(https://wikikids.nl/Aardbeving)

- Wikikids, schaal van richter 

(https://wikikids.nl/Schaal_van_Richter)

- Willem Wever, wat is een tektonische plaat? 

(https://willemwever.kro-ncrv.nl/vraag_antwoord/de-aarde/wat-een-tektonische-plaat)

Wat vindt jij belangrijk als het op samenwerken aankomt? Wat hoort erbij samenwerken volgens jou?

Eindpresentatie 

- Met je groepje je onderzoek presenteren. 

- Iedereen komt aan de beurt met spreken.

- Je vertelt over je hoofdvragen, de sub vragen en de antwoorden hiervan.

- De andere informatie vertel je ook en eventueel leg je de tekeningen erbij uit als je die gemaakt hebt. 

- Jullie vertellen hoe de samenwerking verliep. 

De groepjes 

Groepje 1: Justin, Twan en Meike (hal) 

Groepje 2: Noah, Evelien en Annebel (klas)

Groepje 3: Samuel G, Michiel, Anne-mare en Jinny  (klas)

Groepje 4: Merel,  Lot, Gijs en Tygo (hal) 

Groepje 5: Jasmijn, Jorrit,  Lotte en Jason (klas) 

Groepje 6: Emma, Enora en Mirthe (hal)

Groepje 7: Izabella, Esmay, Leire en Loïs (hal)