This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Atomen en Straling
Toets
H8
Kader
Slide 1 - Slide
Een stof kan natuurlijk radioactief zijn. Hoe noem je een radioactieve stof als mensen hem hebben gemaakt?
Slide 2 - Open question
Met welk meetinstrument kun je de hoeveelheid radioactieve straling meten?
Slide 3 - Open question
Stralingsbeschermende maatregelen voor het gebruik bij alfastralers zijn vooral gericht op het voorkomen van inwendige besmetting. Bij inwendige besmetting komt de radioactieve bron in het lichaam, bijvoorbeeld door het inademen van lucht of het eten van besmette producten.
Waarom is het minder belangrijk bij alfastraling dan bij gammastraling om te kijken naar bescherming voor straling van buitenaf?
Slide 4 - Open question
Wat is het gevaar wanneer je een extreem hoge dosis straling oploopt?
Slide 5 - Open question
Noem nog twee andere manieren waarop een laborant zich kan beschermen tegen röntgenstraling.
Slide 6 - Open question
Hieronder staan drie stellingen over ioniserende straling. Geef aan of de stellingen waar of onwaar zijn.
onwaar
onwaar
waar
De straling die radioactieve stoffen uitzenden is niet ioniserend.
Uv-straling heeft een zwak ioniserend effect.
Ir-straling uit de zon is schadelijk voor de huid.
Slide 7 - Drag question
Koolstof-14 is een radioactieve isotoop met een halveringstijd van 5730 jaar. Een andere isotoop is koolstof-12.
Van welke soort deeltjes is het aantal niet hetzelfde in koolstof-12 en koolstof-14?
A
protonen
B
neutronen
C
elektronen
Slide 8 - Quiz
Maak eerst de tekenvraag op het blad! De tracer die in het orgaan is opgenomen zendt straling uit die wordt geregistreerd door een camera. Welk soort straling moet de tracer uitzenden om opgevangen te kunnen worden door de camera?
A
alfa-straling
B
beta-straling
C
gamma-straling
Slide 9 - Quiz
Bepaal met de grafiek de halfwaardetijd van technetium-99m.
A
3 uur
B
6 uur
C
9 uur
D
12 uur
Slide 10 - Quiz
Radioactieve stoffen zenden verschillende soorten straling uit. Welk soort straling heeft het kleinst doordringende vermogen?
A
alfa-straling
B
beta-straling
C
gamma-straling
Slide 11 - Quiz
Als een röntgenfoto wordt gemaakt van een patiënt, gaat de laborant achter een raam staan waarin een materiaal is verwerkt. Het materiaal zorgt ervoor dat er minder straling wordt doorgelaten en de laborant beter wordt beschermd tegen de straling.
Welk materiaal is er in het raam verwerkt?
A
ijzer
B
koper
C
plastic
D
lood
Slide 12 - Quiz
Wat is de atoommassa van Aluminium? Gebruik Binas!