HZWB les 12 week 51
1 / 12
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Lees de volgende uitspraken over hoofd- en bijzaken.
1. Hoofdzaken staan meestal alleen in het begin van een tekst.
2. Als je een signaalwoord ziet, weet je dat er een bijzaak volgt.
Welke uitspraak over hoofd- en bijzaken is juist?
1. Hoofdzaken staan meestal alleen in het begin van een tekst.
2. Als je een signaalwoord ziet, weet je dat er een bijzaak volgt.
Welke uitspraak over hoofd- en bijzaken is juist?
A
Alleen uitspraak 1 is juist.
B
Beide uitspraken zijn juist.
C
Alleen uitspraak 2 is juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.
Slide 7 - Quiz
Waarom zijn signaalwoorden belangrijk bij het
bepalen van de hoofd- en bijzaken?
bepalen van de hoofd- en bijzaken?
timer
0:30
A
Signaalwoorden bepalen wat een hoofd- of bijzaak is.
B
Signaalwoorden geven aan wanneer er een hoofdzaak volgt.
C
Signaalwoorden kunnen aangeven dat er een hoofd- of bijzaak volgt.
D
Signaalwoorden geven aan wanneer er een bijzaak volgt.
Slide 8 - Quiz
Welk woord past in de zin? Sleep de woorden naar de juiste plek.
1. De politieagent mag geen ________________ van zijn bevoegdheid.
2. Als je dreigt te verliezen, kun je nog altijd een joker _______________________ .
3. De __________________ van vandaag is morgen alweer verouderd.
4. Onze hond heeft de neiging zijn speeltjes op de gekste plaatsen te ______________.
5. De huurder moet vandaag betalen, anders gaat de eigenaar ____________________.
6. Met Lego ____________________ kinderen hun eigen wereld.
timer
1:00
creëren
technologie
misbruik
verstoppen
inzetten
actie ondernemen
