What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3M oefentoets thema 1 Organen en cellen
Thema 1 Organen en Cellen
Planning voor vandaag!
- Oefenen met SE
- Laatste checkup PO
1 / 40
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
40 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 1 Organen en Cellen
Planning voor vandaag!
- Oefenen met SE
- Laatste checkup PO
Slide 1 - Slide
Rechts zie je de 4 rijken staan. Sleep het juiste rijk naar de bijbehorende cel.
Dier
Plant
Schimmel
Bacterie
Slide 2 - Drag question
Een plant. Sleep de functie naar het juiste onderdeel
stevig in de grond
water opnemen
zaden maken
voedingsstoffen maken
mineralen opnemen
stevigheid geven
Slide 3 - Drag question
Houtachtige planten:
Kruidachtige planten:
Stevig door water
Stevig door houtcellen
Slide 4 - Drag question
Sleep de functies naar het juiste orgaanstelsel
Ademhalen
Signalen doorgeven
Voedsel verteren
Stevigheid
Transport van bloed
Bewegen
Slide 5 - Drag question
Dunne Darm
Lever
Leverslagader
Leverader
Dikke Darm
Poortader
Slide 6 - Drag question
Jij kent de organen!
Welk orgaan is nr. 4
A
Lever
B
Long
C
Nier
D
Maag
Slide 7 - Quiz
Het bloedvat dat bloed vanuit de darmen naar de lever vervoert, is in de afbeelding aangegeven met nummer 11.
Hoe heet dit bloedvat?
darmslagader
leverader
leverslagader
poortader
Slide 8 - Drag question
Levende organismen herken je aan de levenskenmerken.
Sleep het levenskenmerk naar het juiste plaatje.
Voortplanten
Reageren
Uitscheiden
Voeden
Ademen
Groeien
Slide 9 - Drag question
Welke soort cel is dit?
A
plantaardige cel
B
dierlijke cel
C
schimmel cel
D
bacterie cel
Slide 10 - Quiz
Kraakbeenweefsel
Botweefsel
Zenuwweefsel
Slide 11 - Drag question
Welke cel heeft bladgroenkorrels?
A
Plantaardige cel
B
Dierlijke cel
C
Plantaardige en dierlijke cellen
D
Schimmelcel
Slide 12 - Quiz
Een long is een voorbeeld van een ....
A
Orgaan
B
Orgaanstelsel
C
Cel
D
Weefsel
Slide 13 - Quiz
Sleep de naam van het organenstelsel naar de bijpassende afbeelding
Verteringsstelsel
Ademhalingsstelsel
Bloedvatenstelsel
Slide 14 - Drag question
nog een keer: juiste koppelingen maken!
Organisme
cel
Organenstelsel
orgaan
Slide 15 - Drag question
Welke onderdelen van de plantencel worden hier aangegeven? sleep naar de juiste
Celwand
Celkern
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Vacuole
Slide 16 - Drag question
Bij mitose
A
Blijft het aantal chromosomen gelijk
B
Neemt het aantal chromosomen af
C
Neemt het aantal chromosomen toe
Slide 17 - Quiz
Wat is een ander woord voor meiose?
Wat ontstaat bij meiose?
A
Gewone celdeling, er ontstaan lichaamscellen
B
Gewone celdeling, er ontstaan eicellen en zaadcellen
C
Reductiedeling, er ontstaan lichaamscellen
D
Reductiedeling, er ontstaan eicellen en zaadcellen
Slide 18 - Quiz
Aan het einde van de meiose heb ik
A
2 cellen met 23 chromosomen
B
2 cellen met 46 chromosomen
C
4 cellen met 23 chromosomen
D
4 cellen met 46 chromosomen
Slide 19 - Quiz
Krijgt een jongen het X-chromosoom van zijn vader of moeder?
En van wie heeft hij het Y-chromosoom gekregen?
A
Het X-chromosoom kan alleen van zijn moeder komen; het Y-chromosoom alleen van zijn vader.
B
Het X-chromosoom kan zowel van zijn vader als moeder komen; het Y-chromosoom alleen van zijn vader.
C
Het X-chromosoom kan alleen van zijn vader komen; het Y-chromosoom alleen van zijn moeder.
D
Het X-chromosoom kan zowel van zijn vader als moeder komen; het Y-chromosoom alleen van zijn moeder.
Slide 20 - Quiz
Een laborant onderzoekt de chromosomen die afkomstig zijn van een mens.
In de afbeelding zie je de chromosomen.
Zijn deze chromosomen van een man of een vrouw?
A
man
B
vrouw
Slide 21 - Quiz
Een hond heeft in een darmcel 78 chromosomen. Hoeveel chromosomen bevat de eicel?
A
78 chromosomen
B
23 chromosomen
C
39 chromosomen
Slide 22 - Quiz
Een konijn heeft 22 chromosomen in haar eicellen. Hoeveel chromosomen heeft een lichaamscel van het konijn?
A
22
B
88
C
44
D
46
Slide 23 - Quiz
Een luipaardgekko heeft 38 chromosomen in de lichaamscellen. Hoeveel chromosomen bevat een zaadcel van een luipaardgekko?
A
38
B
76
C
19
D
9,5
Slide 24 - Quiz
Katherina zegt:
De eicel bepaalt het geslacht bij de bevruchting.
Marnix zegt:
De chromosomen van de man bestaan uit 22 paar gelijke chromosomen en 1 paar ongelijke chromosomen.
Wie heeft gelijk?
A
Beide hebben gelijk
B
Alleen Katherina heeft gelijk
C
Alleen Marnix heeft gelijk
D
Beide hebben ongelijk
Slide 25 - Quiz
Een mens heeft 46 chromosomen. Hoeveel chromosomen heeft iemand van de moeder?
A
46
B
23
C
22
D
45
Slide 26 - Quiz
Het aantal chromosomen in een spiercel is .............het aantal chromosomen in een huidcel
A
Kleiner dan
B
Gelijk aan
C
Groter dan
Slide 27 - Quiz
Opdracht
:
Sleep de gebeurtenissen naar de juiste plek in de levenscyclus.
Er is een volwassen tomatenplant ontstaan.
Het kiemplantje wordt groter en krijgt meer bladeren. De zaadlobben verdwijnen.
Een tomatenpitje is een zaad.
Het worteltje groeit de grond in en de zaadlobben komen boven de grond.
Aan de tomatenplant ontstaan bloemen. Uit de bloemen ontstaan tomaten(vruchten) met zaden.
Slide 28 - Drag question
In welke volgorde ruim je de microscoop op?
op kleinste objectief zetten
preparaat weghalen
lampje uit
tafel omlaag draaien
microscoop oppakken en wegbrengen
Slide 29 - Drag question
Objectief
Oculair
Diafragma
Sleep de uitleg achter het juiste onderdeel
Een van de lenzen aan de revolver
Bovenste lens op een microscoop
Hiermee regel je de hoeveelheid licht door de tafel
Slide 30 - Drag question
Sleep de namen van de onderdelen van de microscoop naar de juiste plek.
Oculair
Grote schroef
Revolver
Objectief
Slide 31 - Drag question
Orgaan
Weefsel
Orgaanstelsel
Organisme
Cel
Slide 32 - Drag question
Van groot naar klein
Organisme
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Cellen
Slide 33 - Drag question
Wat is een uniek kenmerk van een plantaardige cel?
A
Heeft een celwand
B
Heeft een celkern
C
Heeft een vacuole
D
Heeft bladgroenkorrels
Slide 34 - Quiz
Fotosynthese vindt plaats in...
A
de bladgroenkorrels
B
cytoplasma
C
celkern
D
celmembraan
Slide 35 - Quiz
Hoeveel chromosomen zitten er in een lichaamscel van een mens?
A
40
B
20
C
46
D
23
Slide 36 - Quiz
Hoeveel dochtercellen ontstaan er bij Mitose?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 37 - Quiz
Bij de mitose (=gewone celdeling) ontstaan nieuwe cellen die..........
A
Een ander aantal chromosomen heeft
B
Het zelfde aantal chromosomen heeft
Slide 38 - Quiz
Welke cellen hebben geen paren chromosomen maar enkele chromosomen in de celkern?
A
Geslachtscellen
B
Lichaamscellen
Slide 39 - Quiz
Elke gewone lichaamscel bevat
A
23 Chromosomen
B
34 Chromosomen
C
46 Chromosomen
D
92 Chromosomen
Slide 40 - Quiz
More lessons like this
4.2 Vorming van geslachtscellen nabespreken
November 2023
- Lesson with
30 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.2 Meiose ll
November 2023
- Lesson with
28 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
1.5 en 1.6 mitose en meiose bvj max
August 2024
- Lesson with
31 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Thema Organen en cellen 3A
August 2024
- Lesson with
40 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
1.5 en 1.6 mitose en meiose bvj max
September 2023
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Herhaling Thema 2, Organen & Cellen - 2
September 2023
- Lesson with
21 slides
Biologie / Verzorging
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
2.3 Celdeling en kanker 4H 2122
May 2023
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
1.5 en 1.6 mitose en meiose bvj max
September 2023
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3