Werkwoordspelling

werkwoordspelling
9- Je krijgt steeds een aantal vragen van een bepaalde werkwoordsvorm. Voordat je deze vragen maakt, zit een slide waarop de categorie staat. Alle vragen daarna gaan daarover tot de volgende slide met een nieuwe ww-vorm.
- Typ steeds zelf het juiste antwoord in. Je hoeft alleen het vervoegde werkwoord in te typen; geen hele zin.

1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

werkwoordspelling
9- Je krijgt steeds een aantal vragen van een bepaalde werkwoordsvorm. Voordat je deze vragen maakt, zit een slide waarop de categorie staat. Alle vragen daarna gaan daarover tot de volgende slide met een nieuwe ww-vorm.
- Typ steeds zelf het juiste antwoord in. Je hoeft alleen het vervoegde werkwoord in te typen; geen hele zin.

Slide 1 - Slide

Persoonsvorm
tegenwoordige tijd

Slide 2 - Slide

Ik ... (vinden) het nieuwste boek van Carry Slee helemaal geweldig!

Slide 3 - Open question

... (Rijden) de president nog wel eens zelf in zijn auto?

Slide 4 - Open question

... (Schrijven) je op wat de leraar vertelt?

Slide 5 - Open question

Jij ... (beantwoorden) mijn vragen altijd goed.

Slide 6 - Open question

Ik ... (zullen) nooit meer mijn boek vergeten, mevrouw.

Slide 7 - Open question

Persoonsvorm
verleden tijd

Slide 8 - Slide

Gisteren ... (regenen) het de hele dag.

Slide 9 - Open question

Mijn broertje ... (surfen) de hele avond op internet.

Slide 10 - Open question

Mijn neef en zijn vriendin ... (verhuizen) afgelopen zomer samen naar Den Haag.

Slide 11 - Open question

Mijn moeder ... (vergroten) de foto, zodat ze hem kan inlijsten voor aan de muur.

Slide 12 - Open question

Vorig jaar ... (branden) het café helemaal af.

Slide 13 - Open question

Mijn tante en oom ... (reizen) afgelopen vakantie naar Israël.

Slide 14 - Open question

Op de markt ... (kopen) mijn zus lekkere broodjes.

Slide 15 - Open question

Thijs ... (vragen) aan de leraar of hij het goed gedaan had.

Slide 16 - Open question

Afgelopen periode ... (lezen) de brugklassers het boek 'Like me!'

Slide 17 - Open question

Onvoltooid deelwoord

Slide 18 - Slide

Al ... (kletsen) lopen de vriendinnen naar de les.

Slide 19 - Open question

Mijn vriend ruimde gisteravond ... (mopperen) de vaatwasser in.

Slide 20 - Open question

Toen we naar Friesland vertrokken, zwaaiden alle ouders ons ...(lachen) uit.

Slide 21 - Open question

Voltooid deelwoord

Slide 22 - Slide

Vandaag ben ik samen met mijn buurmeisje naar huis ... (fietsen).

Slide 23 - Open question

Bram van House of talent was ... (dalen) in de ranglijst en moest misschien wel naar huis!

Slide 24 - Open question

Afgelopen zomer heb ik mijn kamer in een nieuwe kleur ... (verven).

Slide 25 - Open question

Cas had zin in cake en heeft wel drie plakken voor zichzelf ... (afsnijden).

Slide 26 - Open question

Dat meisje heeft tegen de lerares ... (liegen).

Slide 27 - Open question

Het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
In de volgende opdrachten wordt een zin gegeven. Van het belangrijkste werkwoord uit die zin moet je nu een bijv. nw. maken. 
Bijvoorbeeld: we hebben een spel gespeeld --> het gespeelde spel. Jullie hoeven dan alleen 'gespeelde' in te typen.

Slide 28 - Slide

Veel leerlingen zijn hun boek vergeten. --> de ... boeken.

Slide 29 - Open question

Twee mensen uit de klas hebben hun toets gemist. --> de ... toets

Slide 30 - Open question

De kok heeft het vlees gebraden. --> het ... vlees

Slide 31 - Open question

Mijn moeder heeft de foto vergroot. --> de ... foto

Slide 32 - Open question

Einde van de toets!
Je bent klaar! 

Slide 33 - Slide