Alle zinsdelen oefenen (1) - wwg-o-lv-mv-bwb

Zinsdelen
Nederlands 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Zinsdelen
Nederlands 

Slide 1 - Slide

Wat is het onderwerp:
Elke dag wil ik tienduizend stappen zetten.
A
elke dag
B
ik
C
tienduizend stappen

Slide 2 - Quiz

Het lijdend voorwerp is nooit een tijd of een plaats
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp:
Onze nieuwe buren hebben hun huis verbouwd.
A
onze nieuwe buren
B
hun huis
C
er staat geen lv in

Slide 4 - Quiz

Maak een zin met een lv bij deze foto

Slide 5 - Open question

Wat weet je van het
meewerkend voorwerp?

Slide 6 - Mind map

Het meewerkend voorwerp is nooit een tijd of een plaats.
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp:
Hij gaf zijn zieke buurvrouw een pannetje soep.
A
hij
B
een pannetje soep
C
zijn zieke buurvrouw

Slide 8 - Quiz

Uitleg 
Blijf in de LessonUp

Slide 9 - Slide

Wat is het meewerkend voorwerp:
Ik heb mijn jas aan de kapstok gehangen.
A
ik
B
mijn jas
C
aan de kapstok
D
er staat geen mv in

Slide 10 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling:
Ik kom jou om half acht ophalen.
A
ik
B
jou
C
om half acht
D
er staat geen bwb in

Slide 11 - Quiz

Wat is de bwb:
Wij gaan volgende week shoppen.
A
wij
B
gaan shoppen
C
volgende week
D
er staat geen bwb in

Slide 12 - Quiz

Wat is de bwb / bwb's:
De trein vertrekt om zeven uur vanaf perron 2.

Slide 13 - Open question

Ik kan alle zinsdelen goed vinden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Welk zinsdeel vind je lastig(er)?

Slide 15 - Open question