week 43 havo 4

waar denk je aan op dit moment?
1 / 28
next
Slide 1: Open question
Aardrijkskunde

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

waar denk je aan op dit moment?

Slide 1 - Open question

Mexico
Canada
Cuba
Alaska
VS
New York
Atlantische oceaan
Stille oceaan 
Caribische zee 
Washinton D.C.

Slide 2 - Drag question

Verbind de juiste afbeeldingen/landen met Centrum, Semi-Periferie en Periferie
Centrum
Semi-Periferie
Periferie
Nederland
Mexico
VS
Brazilië
Nicaragua
Niger
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector

Slide 3 - Drag question

Mexico ligt ......
A
Links
B
rechts

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

wat is een maquilladora?
A
een assemblagefabriek
B
een fabriek in een grensregio
C
een fabriek van een centrumland in een (semi) perifeer land
D
een fabriek waar illegale handel plaatsvind

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Hoe en wat wisselen
de VS en Mexico
onderling uit?
A
Investeringen uit de VS in Mexico Werknemers uit Mexico Export dure machines naar Mexico
B
Loon gaat terug naar Mexico Kennis uit de VS in Mexico Export grondstoffen naar de VS
C
Loon uit Mexico naar de VS Bedrijven uit de VS in Mexico Grondstoffen uit de VS naar Mexico
D
Investeringen uit de VS in Mexico Maquiladora's in de VS bij Mexico Winst van bedrijven naar de Mexico.

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Heeft Mexico een vestigingsoverschot of vertrekoverschot
A
Vestigingsoverschot
B
Vertrekoverschot

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Wat weet je van de demografische opbouw van Mexico?
A
B
C

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Wat is culturele diffusie ook alweer?
A
Dat culturen steeds verder uit elkaar groeien
B
Culturen die zich verspreiden en mengen
C
Het ontstaan van nieuwe culturen
D
Alle culturen lijken steeds meer op elkaar

Slide 18 - Quiz

Door diffusie veranderen de kenmerken van een cultuurgebied
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Wat betekent migratie?
A
Verhuizen
B
Vertrekken
C
Weggaan
D
ziek zijn

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide