(Havo2) 21-01-2025 (1e les van de week)

H 24
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H 24

Slide 1 - Slide

Leeskwartier
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Startopdracht
Schrijf de uitgangen op (ezelsbruggetje) die je nodig hebt om een werkwoord te vervoegen. 

ich ...
du ...
er, sie, es ... 
wir ...
ihr ...
sie, Sie ...
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Guten Tag!

Was liegt auf dem Tisch?
  • Plenda
  • Laptop
  • Buch
  • Stempelkarte
  • Stift
X
X

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

  • selbstständig arbeiten
  • Grammatik (10 min)
  • zusammen Arbeiten (15 min) 
  • Planen (5min)
  • Feedback (5min)

Slide 7 - Slide

  • Je kunt de woorden van de Lernliste N-D en D-N actief gebruiken.
  • Je kent de persoonlijke voornaamwoorden.
  • Je kunt de werkwoorden haben en sein in de tegenwoordige tijd gebruiken.

Slide 8 - Slide

Wortschatz Test
  • Je zit in toets opstelling
  • op je tafel ligt alleen een pen en papier
  • je kijkt op eigen blaadje

Slide 9 - Slide

Wortschatz Test
NED
DUITS
1. de sla
2. de kip
3. lopen
4. lief
DUITS
NED
1. der Frosch
2. einfach
3. der Rucksack
4. der Körper
timer
5:00

Slide 10 - Slide

timer
15:00
Wat kan ik doen? 
  • opdrachten Kapitel 1 (1,2,3,5,7,8,9,11,12,13,14,15,19)
  • opdrachten Kapitel 2
 (1,2,4,5,6,7,8,10,11,12,13,14,16,17,18,19,20,21,23, 24,27,28,31,32,37,39,40,41,42,43,44,
  • slim stampen
  • ander opdrachten stempelkaart

Slide 11 - Slide

Leeskwartier
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Wörter üben (woordjes leren)

ga naar www.quizlet.live en schrijf je in


timer
10:00

Slide 14 - Slide

timer
10:00
ZUSAMMEN 
ARBEITEN
Wat kan ik doen? 
  • opdrachten Kapitel 4
  • slim stampen
  • ander opdrachten stempelkaart

Slide 15 - Slide

mail mij!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Planen voor week 4
  • 0verhoring Kapitel 2 (1e les van de week)
  • toets Kapitel 1 en 2, schreiben, hören 

Slide 18 - Slide

  • Je kunt de woorden van de Lernliste N-D en D-N actief gebruiken.
  • Je kent de persoonlijke                                                     voornaamwoorden.
  • Je kunt de werkwoorden                                                               haben en sein in de                                                              tegenwoordige tijd gebruiken.

Slide 19 - Slide

Wat heb je gedaan vandaag?
Wat is het beste gelukt?
Wat had je beter kunnen doen?
Noem twee positieve dingen over hoe je hebt gewerkt?

Slide 20 - Open question

Exitticket:
Ik kan de werkwoorden haben en sein vervoegen.
A
Ik kan het
B
Ik moet nog leren, maar het komt goed
C
Ik snap het helemaal niet
D
Ik kan het anderen uitleggen

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide