2V: H3 woordenschat Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen

Woordenschat H3
vast voorzetsels
voorzetseluitdrukkingen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Woordenschat H3
vast voorzetsels
voorzetseluitdrukkingen

Slide 1 - Slide

Planning
Vandaag: woordenschat H3 opdracht 1 t/m 3

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Je kunt vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukking herkennen, begrijpen en gebruiken. 

Slide 3 - Slide

Werkwoorden en voorzetsels
Veel werkwoorden hebben een vast voorzetsel

Slide 4 - Slide

Vul aan met een vast voorzetsel
Sonja besteedt al haar zakgeld ... nieuwe kleren.

Slide 5 - Open question

De Tweede Kamer had veel kritiek ... de vaccinatieprocedure.

Slide 6 - Open question

Werkwoorden en voorzetsels
Besteden AAN
Kritiek hebben OP
Bewust zijn VAN

Houden van
Lijken op
Denken aan

Slide 7 - Slide

Vaste combinaties
Zelfstandig naamwoord + werkwoord + voorzetsel

verstand hebben ...
ruzie hebben ...

Slide 8 - Slide

Vul aan met een vast voorzetsel:
een hekel hebben ...

Slide 9 - Open question

Vul aan met een vast voorzetsel
commentaar hebben ...

Slide 10 - Open question

Maak nu opdracht 1 (blz. 84)
timer
2:00

Slide 11 - Slide

voorzetseluitdrukkingen

Dit zijn woordcombinaties met een voorzetsel, een zelfstandig naamwoord en weer een voorzetsel.

vb:

- Ten tijde van (t.t.v.)

- Met betrekking tot (m.b.t.)

Slide 12 - Slide

Vul aan met een vast voorzetsel:
door middel ...

Slide 13 - Open question

Vul aan met een vast voorzetsel:
in verband ...

Slide 14 - Open question

voorzetseluitdrukkingen

Meestal kun je ze vervangen door één voorzetsel


  • Ten tijde van 

Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was er een gebrek aan eten. 


  • Met betrekking tot 

Er is veel onduidelijk met betrekking tot het coronavirus. 


over
tijdens

Slide 15 - Slide

Maak nu opdracht 2 (blz. 84)
timer
4:00
Lastig? Zoek op het internet naar het antwoord.

Klaar? Begin aan 
opdracht 3.

Slide 16 - Slide

Lesdoel
Je kunt vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukking herkennen, begrijpen en gebruiken. 

Slide 17 - Slide

Deze dagen schenk ik extra aandacht ... mijn ouders.
A
van
B
op
C
aan
D
voor

Slide 18 - Quiz

Erik verbaast zich ... alle positieve reacties.
A
met
B
over
C
door
D
in

Slide 19 - Quiz

Vrijwel iedereen is gek ... bruine boterhammen met pindakaas.
A
met
B
over
C
van
D
op

Slide 20 - Quiz

huiswerk: maak opdracht 3
Lees eerst de tekst en maak vraag 1 en 2

Gebruik zo nodig je woordenboek. 

Morgen kijk je opdracht 3 na

Slide 21 - Slide