unit 3.2&3.3 5 words, leertechnieken & 30 seconds

Gabriël
Esmee
Andries
Kiano
Tiago
Aileen
Anne-Roos
Anna
Anne-
Laura
Aimee
Fenna Z
Nadia
Fenna S
Donja
Anouk
Koen
Kyran
Taha
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Gabriël
Esmee
Andries
Kiano
Tiago
Aileen
Anne-Roos
Anna
Anne-
Laura
Aimee
Fenna Z
Nadia
Fenna S
Donja
Anouk
Koen
Kyran
Taha

Slide 1 - Slide

Hello!
What are we doing today?

Slide 2 - Slide

Lesson planning
  • 5 words from the word list

  • in 2 groepen: woordenschat oefenen

  •  vocab game

Slide 3 - Slide

5 words from the word list
Write down the Dutch translation
1. jealous
2. hero
3. beautiful
4. nervous
5. dangerous 

Slide 4 - Slide

Hoe leer jij de Engelse woorden?

  • Werkt dit voor jou? 
  • Zijn er nog andere manieren om woorden te leren?
  • Welke manier zou je willen uitproberen?

Slide 5 - Slide

2 groepen: 
Geheugentechniek of woordtrainer
Groep 1: 

Goed in Engels / vind je Engelse woordjes leren makkelijk?

- Zelfstandig bezig met woordtrainer

Groep 2:

Behoefte aan extra tips voor het leren van de woorden?

- Klassikale uitleg nieuwe geheugentechniek

Slide 6 - Slide

Gaat het woordjes leren bij jou al goed?

Zelfstandig aan de slag met woordtrainer unit 3.2 & 3.3 (op je laptop)

Slide 7 - Slide

Woorden leren: Welke methode?
  • 1. 'ouderwets': lezen, herlezen, overschrijven
  • 2. vanuit de online methode: woordtrainer
  • 3: flitskaarten op papier
  • 4. geheugentechneieken: verhalen maken, associëren met 'hulpwoorden', tekenen

  • Voor en nadelen?

Slide 8 - Slide

Optie 1: verhaal en tekening
gebouw                          building
trein                                 train
veilig                                safe
wachten                          wait
fiets                                   bike
druk                                  busy
bril                                     glasses
verlegen                          shy

  • 1. bedenk in het Nederlands een kort verhaal bij deze woorden 

  • 2. teken de NL woorden in de volgorde van je verhaal

  • 3. Zet de Engelse woorden bij je tekeningen

  • 4. Vertel je verhaal en zeg na het NL woord, het EN woord

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

- 1 persoon zit met de rug naar het bord
- de andere 1 of 2 personen beschrijven de woorden
(try to do this in English)
- Raad de Engelse woorden

Keep score! voor elk juiste Engelse woord krijg je 1 punt
timer
0:30

Slide 11 - Slide

bike (fiets)
taxi (cab)
safe (veilig)
wait (wachten) 
ferry (veerboot)

timer
0:30

Slide 12 - Slide

jealous (jaloers)
hero (held)
beautiful (mooi)
nervous (nerveus/zenuwachtig)
dangerous (gevaarlijk)
timer
0:30

Slide 13 - Slide

excited (enthousiast)
worried (bezorgd)
glasses (bril)
verveeld (bored)
lang (tall)
timer
0:30

Slide 14 - Slide

to paint (schilderen)
painting (schilderij)
to clean (schoonmaken)
paper (papier)
dot (stip)
timer
0:30

Slide 15 - Slide

brown Eyes (bruine ogen)
crazy (gek)
emotional (emotioneel)
straight hair (stijl haar)
Simba (leeuw van de Lion King)




timer
0:30

Slide 16 - Slide

tired (moe)
clumsy (onhandig)
muscular (gespierd)
bald (kaal)
Mr Bean



timer
0:30

Slide 17 - Slide