Kader: H12.3 Serie- en Parallelschakeling + H12.4 Elektriciteit en veiligheid

4Km.Nsk1
  • Jas in de kluis
  • Mobiel in de bak
  • Spullen op tafel 
  • Tas op de grond
  • 2x spullen/huiswerk  niet op orde => uur nakomen
  • Uit de les gestuurd => 9de uur nablijven
  • Na elke vakantie een schone lei


1 / 43
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

This lesson contains 43 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

4Km.Nsk1
  • Jas in de kluis
  • Mobiel in de bak
  • Spullen op tafel 
  • Tas op de grond
  • 2x spullen/huiswerk  niet op orde => uur nakomen
  • Uit de les gestuurd => 9de uur nablijven
  • Na elke vakantie een schone lei


Slide 1 - Slide

Deze week
H12.3 Serie- en parallelschakeling en weerstanden


Vervangingsweerstand serie- en parallelschakeling

H12.4 Elektriciteit en veiligheid

Slide 2 - Slide

Vandaag
Korte herhaling H12.1 en 12.2

Instr. H12.3 Serie- en parallelschakeling

Slide 3 - Slide

Diode:
  • Schakelonderdeel dat één kant stroom doorlaat!



Led:
  • Een diode dat licht uitzendt
C=It
U=IR
P=UI
Grootheid
afk. Grootheid
afk. eenheid
Stroomsterkte
Spanning
Vermogen
Weerstand
Capaciteit

Slide 4 - Slide

Formule:

Een transformator:
  • Zet een hoge spanning op naar een lage spanning of omgekeerd


Dit kun je ermee:

De spanning of het aantal windingen uitrekenen.

Slide 5 - Slide

Opg. 11 p. 30
Een fabriek produceert drie types transformatoren: type A, type B en type C.
Transformator A transformeert de netspanning naar 12 V. De primaire spoel heeft 920 windingen.
a) Bereken het aantal windingen van de secundaire spoel

Gegevens/Gevraag:
  • Np = 920 windingen ; Up = 230 V
  • Ns = ? windingen     ; Us = 12 V

Formule:
  • Np : Ns = Up : Us
Uitwerking:
  • 920 : Ns = 230 : 12
  • 920 : Ns = 19,1666
  • 920 = 19,1666 x Ns
  • Ns = 920 : 19,166 = 48 windingen
Antwoord:
  • Het aantal windingen van de secundaire spoel is 48 windingen:
Tip: gebruik de kruislings-formule-toepassing


Slide 6 - Slide

Ideale transformator

Bij een ideale transformator is er geen vermogensverlies 
==> 100% rendement ==> 
Vermogen primaire kant = Vermogen secundaire kant. 



Let op! andere formule!

Slide 7 - Slide

Opg. Kader: 13a, p 32
Hamid laadt zijn laptop op met een adapter. Het opladen van zijn laptop gebeurt met een
rendement van 85%. Tijdens het opladen neemt de adapter een elektrisch vermogen op van 60 W.
a) Hoe groot is het elektrisch vermogen dat Hamids adapter afgeeft?

Gegevens: 
  • Pop = Ptotaal = 60 W  ;  η = 85%
Gevraagd:
  • Paf = Pnuttig = ? W

Formule:
  • η = Paf : Pop × 100%
  • η x Pop = Paf × 100%
  • Paf = η x Pop :100%
Uitwerking:
  • Paf = 85 x 60 : 100
  • Paf = 5100 : 100 = 51 W 
Antwoord:
  • Het vermogen dat de laptop afgeeft is 51 Watt

Slide 8 - Slide

Opg. GT: 9a, p 230
Hamids laptop heeft een oplader die een gelijkspanning van 19 V levert. Het opladen van de laptop gebeurt met een rendement van 85%. Tijdens het opladen neemt de apapter een elektrisch vermogen op van 
60 W
a) Hoe groot is het elektrisch vermogen dat Hamids adapter afgeeft?
Gegevens: 
  • Pop = Ptotaal = 60 W  ;  U = 19 V
  • η = 85%
Gevraagd:
  • Paf = Pnuttig = ? W

Formule:
  • η = Paf : Pop × 100%
  • η x Pop = Paf × 100%
  • Paf = η x Pop :100%
Uitwerking:
  • Paf = 85 x 60 : 100
  • Paf = 5100 : 100 = 51 W 
Antwoord:
  • Het vermogen dat de laptop afgeeft is 51 Watt

Slide 9 - Slide

H12.3 Serie- en parallelschakeling
Verschillen bij Serie- en parallelschakeling wat betreft de
stroomsterkte, spanning en weerstand
én
daarmee kunnen rekenen!

Slide 10 - Slide

Schakelingen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Serieschakeling
Stroomsterkte:
  • Stroomsterkte overal gelijk
  • Itot = I1 = I2 = I3

spanning:
  • Spanning verdeeld zich
  • Utot = U1 + U2 + U3

Weerstand:
  • Totale weerstand (vervangingsweerstand) tel je bij elkaar op
  • Rv = R1 + R2 + R3
  • Bepaal altijd eerst Rv en daarna I  

Slide 13 - Slide

Parallelschakeling
Stroomsterkte:
  • stroomsterkte verdeelt zich over de stroomkringen
  • Itot = I1 + I2 + I3

spanning:
  • Spanning is gelijk per stroomkring
  • Utot = U1 = U2 = U3

Weerstand:
  • de vervangingsweerstand kun je niet zomaar bij elkaar optellen
  • 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 + ... 
  • Of bij 2 weerstanden: Rv = (R1 x R2) : (R1 + R2

Slide 14 - Slide

Opg 8a Kader p. 44 
Bereken de vervangingsweerstand van de parallelschakeling (afb 7a)
Gegevens:
  • R1 = 10 Ω  ;  R2 = 15 Ω
Gevraagd:
  • Rv = ? Ω
Formule 1:
  • Rv = (R1 x R2) : (R1 + R2) 
Uitwerking 1:
  • Rv = (10 x 15) : ( 10 + 15) =
  •      = 150 / 25 = 6 Ω

Formule 2:
  • 1/Rv = 1/R1 + 1/R2
Uitwerking 2:
  • 1/RV = 1/10 + 1/15
  • 1/Rv = 0,1 + 0,066 = 0,1666
  • Rv = 1 : 0,1666 = 6 Ω

Antwoord:
  • De vervangingsweerstand is      6 Ohm

Slide 15 - Slide

Opg 6a GT p. 239
Bereken de vervangingsweerstand van de parallelschakeling (afb 7a)
Gegevens:
  • R1 = 10 Ω  ;  R2 = 15 Ω
Gevraagd:
  • Rv = ? Ω
Formule 1:
  • Rv = (R1 x R2) : (R1 + R2) 
Uitwerking 1:
  • Rv = (10 x 15) : ( 10 + 15) =
  •      = 150 / 25 = 6 Ω

Formule 2:
  • 1/Rv = 1/R1 + 1/R2
Uitwerking 2:
  • 1/RV = 1/10 + 1/15
  • 1/Rv = 0,1 + 0,066 = 0,1666
  • Rv = 1 : 0,1666 = 6 Ω

Antwoord:
  • De vervangingsweerstand is      6 Ohm

Slide 16 - Slide

En nu aan de slag
Maak de opgaven 1 tm 10 en test jezelf van H12.3


Slide 17 - Slide

Vandaag
  • Practicum Proef 3 + Proef 4 
  • Lees beide proeven goed door 
                    (p. 66-70)
Proef 3: De vervangingsweerstand v/e serie-schakeling
Proef 4: De vervangingsweerstand v/e parallel-schakeling

  1. Welke formule heb ik nodig voor proef 3 en voor proef 4? (p.36-38)
  2. Hoe sluit ik de ampèremeter / stroommeter aan, serie of parallel?
  3. Hoe sluit ik de voltmeter aan, serie of parallel?


timer
5:00

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Practicum Proef 3 + Proef 4
Proef 3: de vervangingsweerstand v/e serieschakeling
Proef 4: De vervangingsweerstand v/e parallelschakeling
Lees beide practicums goed door.

Formule:
U = I x R  <=>  R = U : I
Zoek de formule op voor Rv voor serie- en parallelschakeling!

Slide 20 - Slide

En nu aan de slag

Maak de opgaven van H12..4

- GT:         maak opg. H12.4 opdr 3 t/m 6 + 8 t/m 9
-  Kader: maak opg. H12.4 opdr 6 t/m 9 + 11 + 13

* Vragen over H12?
*Einde van de week moet H12 af zijn!










Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

4Km.Nsk1
  • Jas in de kluis
  • Mobiel in de bak
  • Spullen op tafel 
  • Tas op de grond
  • 2x spullen/huiswerk  niet op orde => uur nakomen
  • Uit de les gestuurd => 9de uur nablijven
  • Na elke vakantie een schone lei


Slide 23 - Slide

Vandaag
Herhaling H12.3 Serie en Parallel schakeling
Instructie H12.4 Elektriciteit en veiligheid
- Meterkast 
- Gevaren 

 

Slide 24 - Slide

Serieschakeling
Stroomsterkte:
  • Stroomsterkte overal gelijk
  • Itot = I1 = I2 = I3

spanning:
  • Spanning verdeeld zich
  • Utot = U1 + U2 + U3

Weerstand:
  • Totale weerstand (vervangingsweerstand) tel je bij elkaar op
  • Rv = R1 + R2 + R3
  • Bepaal altijd eerst Rv en daarna I  

Slide 25 - Slide

Parallelschakeling
Stroomsterkte:
  • stroomsterkte verdeelt zich over de stroomkringen
  • Itot = I1 + I2 + I3

spanning:
  • Spanning is gelijk per stroomkring
  • Utot = U1 = U2 = U3

Weerstand:
  • de vervangingsweerstand kun je niet zomaar bij elkaar optellen
  • 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 + ... 
  • Of bij 2 weerstanden: Rv = (R1 x R2) : (R1 + R2

Slide 26 - Slide

Ga naar deze link:
https://phet.colorado.edu/en/simulations/circuit-construction-kit-dc

Slide 27 - Slide

Simulatie 1
Bouw deze schakeling:
U = 20 V en R1=R2=R3= 5 ohm 
- Gebruik i.p.v. 3 lampjes, 3 weerstanden

- Plaats een amperemeter bij elk van de weerstanden. schrijf de waarde die je afleest op. 

- Bereken de waarde van de stroomsterkte  door elke weerstand. 

- plaats een voltmeter bij elke weerstand en schrijf de waarde die je afleest op 

Slide 28 - Slide

Simulatie 2
Bouw deze schakeling:
U = 20 V en R1=R2=R3= 5 ohm 
- Gebruik i.p.v. 3 lampjes, 3 weerstanden

- Plaats een amperemeter bij elk van de weerstanden. schrijf de waarde die je afleest op. 

- Bereken de waarde van de stroomsterkte  door elke weerstand.

- plaats een voltmeter bij elke weerstand en schrijf de waarde die je afleest op  

Slide 29 - Slide

Wie heeft wel eens schrikdraad aangeraakt?

Slide 30 - Slide

plassen over schrikdraad
Hoe hoog is de spanning 
op schrikdraad?
1000 tot 10000 Volt (door middel van pulsen)

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Randaarde

Slide 33 - Slide

Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar zorgt ervoor dat de installaties en apparaten uit kunt zetten. worden.

  • Controleert hoeveelheid stroom in = hoeveelheid stroom uit.

  • Gaat uit als I > 30 mA

Slide 34 - Slide

Meterkast
  •  De groepenkast verdeelt de stroom in je huis
  • De zekeringen beveiligen je huis.
  • De aardlekschakelaar controleert of er evenveel stroom het huis ingaat als eruit.

Slide 35 - Slide

Groepen
  • Verdeling van stroom altijd over verschillende groepen in huis. 

  • Als de stroom in één groep uitvalt, blijven de andere groepen werken.

  • I >16 A dan valt de groep uit

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Hoe bereken je overbelasting?
  1. Je berekent de totale stroomsterkte op de groep
  2. Je vergelijkt de hoeveelheid ampère  de groep en de zekering met elkaar.
  3. hoeveelheid ampère zekering > dan h.h ampère apparaat                 -> GEEN overbelasting.
  4. hoeveelheid ampère zekering < dan h.h. ampère apparaat     -> WEL overbelasting.

Slide 38 - Slide

Kortsluiting

Slide 39 - Slide

Enkele/dubbele isolatie
Om de draden van een apparaat zit altijd isolatie, zodat de draden geen kortsluiting veroorzaken. Dit heet enkele isolatie.

Sommige apparaten zijn, om een schok te voorkomen, ook van buiten van een materiaal gemaakt dat geen stroom geleid. Dit heet dubbele isolatie

Slide 40 - Slide

Samenvatting H12.4
Bevat de Kernwoorden:
Meterkast onderdelen
Zekeringen
Aardlekschakelaar
Randaarde

Kortsluiting en Overbelasting

Dubbele isolatie

Slide 41 - Slide

En nu aan de slag

Maak de opgaven van H12..4

  Maak opg. H12.4 opdr 1 t/m 9 en testjezelf

* Vragen over H12?











Slide 42 - Slide

En nu aan de slag

Maak de opgaven van H12..4

-  Kader: maak opg. H12.4 opdr 6 t/m 9 + 11 + 13

* Vragen over H12?
*Einde van de week moet H12 af zijn!










Slide 43 - Slide