Examentraining Engels M4e

Examentraining 4 VMBO TL
1 / 44
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Examentraining 4 VMBO TL

Slide 1 - Slide

4 equal groups
  • lees  en vraag de tekst samen
  • zoek woorden op die je niet kent en noteer
  • zoek het signaal woord wat betekent het?
  • beantwoord de vraag en leg uit



Slide 2 - Slide

Programma 
Vandaag: examenvragen met signaalwoorden
Zo gaan we het aanpakken!!
  • We gaan op zoek naar signaalwoorden
  • Raad de betekenis (lees context-> hele alinea of alinea's eromheen)
  • Lijkt een woord op een woord dat je al kent?
  • Let op plaatjes, dikgedrukt, schuingedrukt, wat weet je al van het onderwerp?
  • Wat is een logisch antwoord?



Slide 3 - Slide

grab your laptop
check your mail
open the document and let's do this together


ON

Slide 4 - Slide

vind het signaalwoord in 
deze tekst

Slide 5 - Slide

1. Wat voor soort woord is
Because?
2.Vertaal het naar het Nederlands

Slide 6 - Open question

Because geeft je meteen het antwoord
antwoord is B

Slide 7 - Slide

zoek ook hier het signaalwoord!

Slide 8 - Slide

Wat zou 'ended up in a deep doodoo' kunnen betekenen?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

wat zou jij geantwoord hebben?

Slide 11 - Open question

when = signaalwoord, alles daarachter is een aanwijzing. verderop in de tekst zie je weer toilet staan.



antwoord :  de botsing met het toilet

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Therefore is een signaalwoord
1. Wat betekent het in het Nederlands?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

wat zou jij geantwoord hebben?

Slide 16 - Open question

Therefore, Mr Rotgwell

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

welke volgorde zou jij geantwoord hebben?

Slide 19 - Mind map

before = eerst/voor.
hiermee leggen ze uit hoe ze eerst poep verwerkten.
so = dus geeft aan dat het veel luchtvervuiling scheelt-> ook dit kan je een aanwijzing geven
now = nu/op dit moment dus hoe het nu wordt verwerkt -> logisch zou zijn om deze aan het eind te zetten
when betekent als/wanneer-> in deze alinea wordt verteld hoe de verwerking plaatsvindt, dit is dus een uitleg die mooi aansluit op de introductie alinea. Daarna leggen ze uit hoe het voorheen was-> before en als laatste hoe het nu is: c-a-b
C-A-B

Slide 20 - Slide

point = punt/doel
previous = voorheen, ervoor, recent
fail = falen, mislukken
often = vaak
refuse = weigeren
explains = legt uit
contradict = tegengesteld, spreekt tegen
summarises = in het kort, samengevat
quotations = citaten
refers to = verwijst naar, refereert naar
adolescents = pubers
increasingly  = in toenemende mate
defined = bepaald

Tekst: even wat woordenschat

Slide 21 - Slide

one sided=                       However
complicated=                 Likewise
Moreover
Therefore
eenzijdig
ingewikkeld
ECHTER
HETZELFDE
BOVENDIEN
DAAROM

Slide 22 - Slide

wat zou jij antwoorden bij
8/9/10?

Slide 23 - Mind map

Answers

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Woordenboek
  1. de woorden staan in alfabetische volgorde.
  2. uitdrukkingen en spreekwoorden.
  3. zoek het basiswoord.
  4. meerdere betekenissen.
  5. gebruik en oefen met je eigen woordenboek.
  6. TRAIN JEZELF OP SNELHEID

Slide 27 - Slide

Woordquiz
Ken jij deze woorden? 
Vertaal ze.
Veel voorkomende woorden in een Engels examen

Slide 28 - Slide

also

Slide 29 - Open question

furthermore

Slide 30 - Open question

for example

Slide 31 - Open question

likewise

Slide 32 - Open question

Gevolg / Conclusie / Oorzaak
Als je deze signaalwoorden tegenkomt in een tekst, weet je dat de schrijver aan het einde is gekomen van bijvoorbeeld zijn verslag of zijn opsomming van argumenten. Door het signaalwoord weet je dat je nu een gevolg of een conclusie kunt verwachten. 

Slide 33 - Slide

Tegenstelling 
Als je deze signaalwoorden tegenkomt in een tekst, weet je dat de schrijver een andere kant opgaat in zijn tekst dan ervoor. De schrijver gebuikt bijvoorbeeld een argument tegen wat ervoor was gezegd. 

Slide 34 - Slide

Vergelijking 
Als je deze signaalwoorden tegen komt in een tekst, weet je dat het genoemde dan hetzelfde als iets anders is of er mee te vergelijken is. 

Slide 35 - Slide

Voorwaarde 
Door deze signaalwoorden weet je dat er een voorwaarde aan iets wordt gesteld in de tekst. Doordat er aan iets voldaan wordt, kan er iets anders gebeuren. 

Slide 36 - Slide

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
As well as
In short
To praise
To criticize
For instance
Uitbreiding/Opsomming
Gevolg/Conclusie
Ondersteunen (positief)
Tegenstelling
Voorbeelden

Slide 37 - Drag question

Welk signaalwoord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 38 - Open question

He should not be doing this job, ... he was not trained for it.
A
despite
B
however
C
since
D
such as

Slide 39 - Quiz

They like to watch soap operas and films on TV.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 40 - Quiz

Ter conclusie
  • Om een voldoende te halen moet je woordjes (signaalwoorden) leren en trucjes kennen.
  • Weet wat CITO van je vraagt en je kunt genoeg vragen goed beantwoorden
  • Ken de vraagsoorten
  • Oefening baart kunst
  • Signaalwoorden, signaalwoorden, signaalwoorden!!!

Slide 41 - Slide

Het grote geheim
het Centraal Examen vraagt niet ALLEEN om leesvaardigheid.
Het vraagt om begrip over wat CITO van je wil.
Weet je dat, dan haal je goede cijfers

Slide 42 - Slide

Laatste tips voor het examen
  1. Neem je woordenboek mee + marker
  2. Oefen minstens 5 examens op examenblad kracht MEER IS NOOIT SLECHT
  3. Lees eerst de vraag, zoek woorden op in de vraag
  4. Zoek niet alles op, lees niet elke tekst van begin tot eind ( tijdnood) maar kies een goed strategie

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide