This lesson contains 26 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Neem plaats, volgens plattegrond
en pak alvast je leesboek,
boek en een pen
Nederlands havo 5
Slide 1 - Slide
timer
15:00
Slide 2 - Slide
Deze les
Ik kan argumentatiestructuren analyseren
Ik kan foutieve argumentaties herkennen en benoemen
Slide 3 - Slide
Sporten is een must, want het is gezond voor je lichaam.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 4 - Slide
Sporten is een must, want het is gezond voor je lichaam.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 5 - Slide
Sporten is een must, want het geneest alle ziektes.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 6 - Slide
Sporten is een must, want het geneest alle ziektes.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 7 - Slide
Sporten is een must. Als je niet sport word je ziek, als je wel sport blijf je gezond.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 8 - Slide
Sporten is een must. Als je niet sport word je ziek, als je wel sport blijf je gezond.
1. voorbeeld
2. voor- en nadelen
3. vergelijking
4. oorzaak en gevolg
Slide 9 - Slide
Sporten is een must. Kijk maar hoe gezond Frenkie de Jong is.
1. autoriteit
2. vergelijking
3. voorbeeld
4. oorzaak en gevolg
Slide 10 - Slide
Sporten is een must. Kijk maar hoe gezond Frenkie de Jong is.
1. autoriteit
2. vergelijking
3. voorbeeld
4. oorzaak en gevolg
Slide 11 - Slide
Sporten is een must. Iedereen die sport is namelijk gezond.
1. autoriteit
2. vergelijking
3. voorbeeld
4. oorzaak en gevolg
Slide 12 - Slide
Sporten is een must. Iedereen die sport is namelijk gezond.
1. autoriteit
2. vergelijking
3. voorbeeld
4. oorzaak en gevolg
Slide 13 - Slide
Drogredenen
Er zijn verschillende argumentatieschema’s. En die kunnen fout gaan.
• oorzaak en gevolg; niet voldoende oorzaak of andere oorzaken of toeval • kenmerk of eigenschap; andere kenmerken genegeerd
• voor- en nadelen; overdrijven of alsof er maar 2 keuzes zijn
• voorbeelden; overhaaste generalisatie
• vergelijking; appels en peren vergelijken
• autoriteit. geen of de verkeerde autoriteit zijn
Slide 14 - Slide
Drogredenen
Voor- en nadelen
Sporten is een must, want het is gezond. --> voordeel
Sporten is een must, want het geneest alle ziektes. --> overdreven voordeel
Sporten is een must. Als je niet sport word je ziek, als je wel sport blijf je gezond. --> vals dilemma
Slide 15 - Slide
Drogredenen
Voorbeeld
Sporten is een must. Kijk maar hoe gezond Frenkie de Jong is. --> voorbeeld
Sporten is een must. Iedereen die sport is namelijk gezond. --> overhaaste generalisatie
Slide 16 - Slide
Drogredenen
Oorzaak/gevolg
Ik heb gisteren één keer gesport, dus nu ben ik weer helemaal fit en gezond --> niet voldoende oorzaak
Ik ben de laatste tijd afgevallen, dat komt vast doordat ik aan krachttraining doe.--> andere oorzaak (bijvoorbeeld te weinig eten)
Ik ben net begonnen met krachttraining, en nu voel ik me constant moe. Krachttraining maakt je dus alleen maar vermoeid in plaats van fitter! --> toeval/oorzaak klopt niet
Slide 17 - Slide
Drogredenen
Kenmerk/eigenschap
Alle topatleten gebruiken eiwitshakes, dus als ik eiwitshakes ga drinken, word ik ook een topatleet. (eigenschap groep op individu toegepast, meer eigenschappen nodig om topatleet te worden).
Slide 18 - Slide
Drogredenen
Vergelijking
Hardlopen op een loopband is slecht voor je, want hardlopen op asfalt is immers ook slecht voor je knieën. (de twee zijn niet met elkaar te vergelijken, op meerdere vlakken)
Slide 19 - Slide
Drogredenen
Autoriteit
Chris Hemsworth zegt dat je geen cardio hoeft te doen om fit te blijven, dus dat klopt vast. (een fitte acteur, maar geen specialist)
Slide 20 - Slide
Opdracht
Maak H2 P2 opdr. 1 blz. 50 Argumenteren in twee- of drietallen