KM2 Quiz 2 - Theme 3 (30 maart t/m 3 april)

Quiz week 2 - Theme 3
1 / 23
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Quiz week 2 - Theme 3

Slide 1 - Slide

In this quiz
- Vocabulary Theme 3
- E/N - N/E

Slide 2 - Slide

Choose the correct translation
Kies de juiste vertaling

Slide 3 - Slide

Translate: be on air
A
Zweven
B
Vliegen
C
Uitgezonden worden
D
Los rondlopen

Slide 4 - Quiz

Translate: reporter
A
Verslaggever
B
Familielid
C
Crimineel
D
Vrijwilliger

Slide 5 - Quiz

Translate: in the meantime
A
Op dit moment
B
Ervoor
C
Erna
D
Ondertussen

Slide 6 - Quiz

Translate: Mention
A
Invallen voor
B
Belachelijk maken
C
Noemen
D
Ontspannen

Slide 7 - Quiz

Write the correct translation
Schrijf de juiste vertaling

Slide 8 - Slide

Translate: Oxygen

Slide 9 - Open question

Translate: shore

Slide 10 - Open question

Combine the words
Combineer de woorden

Slide 11 - Slide

Upset
Annoyed
Angry
Scared
Courage
geïrriteerd
overstuur
moed
bang
boos

Slide 12 - Drag question

Choose the correct translation
Kies de juiste vertaling

Slide 13 - Slide

Translate: Lichamelijk
A
Physically
B
Mentally

Slide 14 - Quiz

Translate: Duiken
A
Float
B
Dive
C
Drown
D
Duck

Slide 15 - Quiz

Translate: Daad
A
Accept
B
Act
C
Protect
D
Achieve

Slide 16 - Quiz

Translate: aandacht
A
Mock
B
Pose
C
Attention
D
Achievement

Slide 17 - Quiz

Write the correct translation
Schrijf de juiste vertaling

Slide 18 - Slide

Translate: aanraken

Slide 19 - Open question

Translate: waarschuwing

Slide 20 - Open question

End of the Quiz

Slide 21 - Slide

Heb je nog een vraag over deze quiz of over de woordjes van Theme 3? Stel die dan hier?

Slide 22 - Open question

Ben je tevreden over je resultaat?
A
Zeker
B
Redelijk
C
Niet helemaal
D
Totaal niet

Slide 23 - Quiz