P4 - Quiz H1+2

• Filosofie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Leerdoelen deze week

1) Ik kan Dahls opvatting dat democratie een vrije uitwisseling van gedachten en ideeën nodig heeft uitleggen, vergelijken en bekritiseren.

2) Ik kan uitleggen wat de paradox van de bescherming van vrijheid en gelijkheid is, met een voorbeeld van een verbod op politieke partijen die de democratie willen afschaffen.

3) Ik kan uitleggen en evalueren dat volledige vrijheid van meningsuiting volgens Mill in het algemeen belang van de democratie is.

4) Ik kan uitleggen en evalueren dat de vrijheid van meningsuiting in een democratie volgens Parekh moet worden beperkt.

Welk begrip hoort erbij?

Wetenschap waarin filosofische kennis, morele kennis en kunde van het regeren versmelten tot één geheel.

Staatsvorm waarin maar enkelen of zelfs één persoon de macht heeft en de kennis bezit om die macht goed te gebruiken.

De gemeenschappelijke uitdrukking van het algemeen belang, dus datgene wat goed is voor iedereen.

Situatie waarin de meerderheid geen of weinig rekening houdt met de minderheid.

Vorm van democratie waarin elke burger altijd deelneemt aan elke beslissing die genomen moet worden.

Vorm van democratie waarbij vertegenwoordigers worden gekozen die politieke beslissingen maken.

De vrijheid je eigen opvattingen te onderzoeken, je eigen doelen na te streven, maar ook een sociaal gevoel te ontwikkelen waardoor men rekening houdt met anderen (Mill).

Over welke drie deugden moet een koning-filosoof volgens Plato beschikken?

De mens die niet zijn eigen waarde bepaalt, maar laat bepalen door anderen.

Een kunstmatig verlangen naar status, macht en eer. De mens wordt niet langer gedreven door zelfbehoud en medeleven, maar door egoïsme, zelfzucht, jaloezie en haat. (Rousseau)

De natuurlijke, menselijke drang tot zelfbehoud, die moeiteloos samengaat met medelijden en medeleven met andere wezens.

Soort mens dat de gewone mens ontstijgt. Een vrij mens die zich vol in het leven stort, zelf bepaalt hoe te leven en de strijd niet uit de weg gaat. (Nietzsche)

Situatie waarin de overheid steeds meer macht naar zich toetrekt en steeds meer het volk onderdrukt. (De Tocqueville)

Idee over hoe de mens ‘van nature’ leeft, dus zonder samenleving, wetten en zonder regering. Zegt iets over het mensbeeld.

Kiessysteem waarbij per district een afgevaardigde per district gekozen wordt. Minderheden lopen hierbij het risico niet vertegenwoordigd te worden.

Wat is de juiste volgorde van verval volgens Plato? begin bij de beste vorm:
timocratie(1), aristocratie(2), tirannie(3), democratie(4), oligarchie(5)

1. 5, 3, 1, 2, 4
2. 2, 1, 5, 4, 3
3. 2, 4, 1, 3, 5
4. 2, 1, 5, 3, 4

Leerdoelen deze week

1) Ik kan Dahls opvatting dat democratie een vrije uitwisseling van gedachten en ideeën nodig heeft uitleggen, vergelijken en bekritiseren.

2) Ik kan uitleggen wat de paradox van de bescherming van vrijheid en gelijkheid is, met een voorbeeld van een verbod op politieke partijen die de democratie willen afschaffen.

3) Ik kan uitleggen en evalueren dat volledige vrijheid van meningsuiting volgens Mill in het algemeen belang van de democratie is.

4) Ik kan uitleggen en evalueren dat de vrijheid van meningsuiting in een democratie volgens Parekh moet worden beperkt.

Welke filosoof hoort erbij?

Deze filosoof waarschuwt voor de vijf gevaren van de democratie.

Zowel democratie als christendom voorkomt dat de mens wordt wat die kan worden doordat ze van de mens volgelingen, makke schapen maakt.

De mens is alleen vrij als die zichzelf de wet kan voorschrijven. In een directe democratie of in de natuurtoestand.

De ideale staatvorm is een vorm die geluk maximaliseert door burgers de mogelijkheid te geven hun eigen opvattingen te onderzoeken, eigen doelen na te streven, en een sociaal gevoel te ontwikkelen.

Filosofen zijn de enige die inzicht hebben in de natuur van de mens en hoe de samenleving het best bestuurd kan worden.