= een ww (werkwoord) dat gebruikt wordt als zelfstandig naamwoord.
Je maakt een gerund dmv werkwoord + ing
Je gebruikt een gerund...
... na werkwoorden waarmee je aangeeft wat je wel of niet leuk vindt.
... na zintuigelijke werkwoorden (see, watch, hear, smell, feel).
... na 'stop' en 'start'.
I love travelling.
They stopped seeing each other.
They enjoy swimming.