H4 lezen

H4 Lezen
Pak voor je blz. 123 van je boek 

Wat gaan we doen vandaag?
- voorlezen uit Fout (Mel Wallis de Vries)
- herhaling verbanden 
- Kahoot tekst verbanden 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4 Lezen
Pak voor je blz. 123 van je boek 

Wat gaan we doen vandaag?
- voorlezen uit Fout (Mel Wallis de Vries)
- herhaling verbanden 
- Kahoot tekst verbanden 

Slide 1 - Slide

Herhaling H3 Lezen

Slide 2 - Slide

In teksten hebben zinnen en alinea’s met elkaar te maken. Ze houden verband met elkaar. Aan een signaalwoord zie je met welk verband je te maken hebt. Die woorden helpen je een tekst beter te begrijpen. Er zijn verschillende soorten verbanden. Welke twee verbanden hebben we behandeld?

Slide 3 - Open question

Noem twee signaalwoorden waar je een opsomming aan herkent?

Slide 4 - Open question

Noem twee signaalwoorden waar je een tegenstelling aan herkent?

Slide 5 - Open question

H4 Lezen
Tekstverbanden: 
Vandaag leren we de verbanden Voorbeeld en Oorzaak-gevolg herkennen en gebruiken. 

Slide 6 - Slide

Verbanden en signaalwoorden (2)


Een voorbeeld herken je aan signaalwoorden zoals: bijvoorbeeld, zo, zoals, denk aan, neem nou, onder andere
Bijvoorbeeld:
Sommige mensen houden juist van actieve vakanties. Zo gaan steeds meer vakantiegangers fietsen, wintersporten, diepzeeduiken of bergbeklimmen.

Een oorzaak – gevolg herken je aan signaalwoorden zoals: daardoor, doordat, de oorzaak hiervan is, waardoor, ten gevolge van
Bijvoorbeeld:
Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
Oorzaak: brug open
Gevolg: Peter komt te laat.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Maak zelf een goede zin waarin een voorbeeld staat. Gebruik een signaalwoord.

Slide 9 - Open question

Maak zelf een goede zin waarin een oorzaak-gevolg staat. Gebruik een signaalwoord.

Slide 10 - Open question

Aan het werk
Maak opdracht 4 t/m 6 blz. 123-126

Eerste 5 minuten stil, daarna mag je zachtjes overleggen.
Klaar? Ga naar online trainen en oefen woordenschat. 
timer
5:00

Slide 11 - Slide