●Na de verkiezingen word er een nieuw kabinet gevormd.
●De regering bestaat uit de koning en ministers oftewel de uitvoerende macht.
●De politieke partijen zijn te verdelen in coalitie en oppositiefracties.
●De regering en parlement in Nederland streven voornamelijk naar census.
Dat houd in vergaderen, schikken en plooien, iedereen aan boord houden door te streven naar een compromis waar voor ieder wat in zit en waarbij ieder ook wat inlevert.