Klas 1 - Chapitre 3 - D

Aujourd'hui
Voca A et B
Répéter phrases-clés
Répéter avoir
Le verbe être
Les buts: 
- je kunt een gesprekje voeren over school
- je kunt het werkwoord être gebruiken
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Aujourd'hui
Voca A et B
Répéter phrases-clés
Répéter avoir
Le verbe être
Les buts: 
- je kunt een gesprekje voeren over school
- je kunt het werkwoord être gebruiken

Slide 1 - Slide

Réviser
Comment tu t'appelles?
Tu habites où?
Tu as quel âge?
Tu as des frères et soeurs?
Tu aimes les crêpes?
Tu es en quelle classe?
Tu as quelles matières le mercredi ?
Le français, c'est à quelle heure ?
Quelle heure est-il ?

Slide 2 - Slide

Parler de l'école

Slide 3 - Slide

avoir

Slide 4 - Slide

ik heb

Slide 5 - Open question

jullie hebben / u heeft

Slide 6 - Open question

jij hebt

Slide 7 - Open question

zij hebben (vrouwelijk)

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

zijn
être
ik ben
je suis
jij bent
tu es
hij / zij is
wij zijn
il / elle est
on est
wij zijn
nous sommes
jullie zijn / u bent
vous êtes
zij zijn
ils sont (mannelijk)
elles sont (vrouwelijk)

Slide 11 - Slide

Attention!
La prononciation:

ils sont     -->      je hoort een s

ils ont      -->      je hoort een z

Slide 12 - Slide