Konjunktiv II

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Konjunktiv II

Wiederholung

De conjunctief is een bepaalde vorm van het werkwoord, waarmee je kunt uitdrukken dat ...

Konjunktiv II

De conjunctief is een bepaalde vorm van het werkwoord, waarmee je kunt uitdrukken dat je iets als onwerkelijk, waarschijnlijk, wenselijk of als potentiële mogelijkheid beschouwt. Vaak gebruik je deze vorm ook om iets beleefd te zeggen.

Nederlands: zou + infinitief (Als ik rijk zou zijn..)

Er zijn 2 groepen:

Groep 1: werkwoorden met eigen Konjunktiv II vormen 

> dezelfde uitgangen als würden

Groep 2: alle andere werkwoorden 

> vorm van würden + infinitief

 

Groep 1

Welke werkwoorden horen tot groep 1? 

(werkwoorden met eigen vormen > dezelfde uitgangen als würden)

voorbeeld: würden

zouden	würden
ik zou	ich würde
jij zou	du würdest
hij/zij zou	er/sie/es würde
wij zouden	wir würden
jullie zouden	ihr würdet
zij zouden/ u zou	Sie/sie würden

eigen Konjuktiv II
vormen

Konjunktiv II:

eigen Konjunktiv II vormen: 

zijn	hebben	mogen	kunnen	moeten	weten	willen
wären	hätten	dürften	könnten	müssten	wüssten	möchten

Groep 2

alle andere werkwoorden 

> vorm van würden + infinitief

Nederlands: vorm van zouden + infinitief

Uitgangen:

	würde + infinitief	eigen vorm
ich	würd e lesen	könnt e
du	würd est lesen	könnt est
er/sie/es/man	würd e lesen	könnt e
wir	würd en lesen	könnt en
ihr	würd et lesen	könnt et
sie	würd en lesen	könnt en

Oefenen

Jetzt kommen Übungsfragen:

zou doen: Was __________ du jetzt am liebsten _______?

zou hebben: Welche Eissorte _________ Sie denn gerne?

1. hättest
2. hätte
3. hätten
4. würden ...haben

zou mogen: ________ ich vielleicht ein Foto mit Ihnen machen?

zou kunnen: __________ wir morgen nicht einfach wegfahren?

zou rijden: Am liebsten _______ ich jetzt ans Meer ______.

zou willen: Ihr _________ wohl keine neue Couch?

1. würdet mögen
2. möchte
3. möchten
4. möchtet

zou kopen: Wenn es nicht so teuer wäre, _______ ich es sofort _______.

Fußball-EM: Wer spielt heute um 21:00?

Was denkst du, wer gewinnt?

Niederlande

Österreich