1. Ik heb de deelsom op tussen schuine strepen opgeschreven.
2. Ik begon aan de linkerkant.
3.Ik maakte gebruik van een hulprijtje van de tafel waardoor je deelt.
4. Ik kies altijd het grootst mogelijke getal, anders klopt je antwoord niet.
5.Ik deel net zolang, tot je niets (0) meer hebt. In sommige gevallen blijft
er een rest over.