passé composé met avoir

Plattegrond
Romy
Kiki
Jazlynn
Trish
Perla
Brandon
Kyano
Joël
Diego
Nick
Jelle
Alec
Nguyen
Elise
Salma
Lina
Anna
Shania
Hafsa
Aman
Sèna
Dione
Femke
Leona
Rafa
Tessa
Fien
Thijmen
Docent
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Plattegrond
Romy
Kiki
Jazlynn
Trish
Perla
Brandon
Kyano
Joël
Diego
Nick
Jelle
Alec
Nguyen
Elise
Salma
Lina
Anna
Shania
Hafsa
Aman
Sèna
Dione
Femke
Leona
Rafa
Tessa
Fien
Thijmen
Docent

Slide 1 - Slide

Plattegrond
Romy
Kiki
Jazlynn
Trish
Perla
Shania
Kyano
Joël
Diego
Nick
Alec
Nguyen
Elise
Salma
Lina
Anna
Hafsa
Aman
Sèna
Dione
Femke
Leona
Tessa
Fien
Rafa
Jelle
Brandon
Thijmen
Docent

Slide 2 - Slide

BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 3 - Slide

la tâche de début
Noem de getallen in het Frans (je mag in tweetallen overleggen) :
- 50
- 60
- 70
- 80
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Aujourd'hui

Programme:
  • La tâche de début
  • passé composé
  • Au travail: fait les exercices

Slide 5 - Slide

Prenez ton chromebook
Log in sur lessonup.app.

Gebruik je eigen naam.



Slide 6 - Slide

de passé composé
de passé composé met avoir 

Slide 7 - Slide

Passé Composé

Slide 8 - Slide

Passé composé
Pers.vnw
Hulp.ww
Volt.dw
J' (ik)
ai
dansé
Tu (jij)
as
dansé
Il/elle/on (hij/zij/wij)
a
dansé
nous (wij)
avons
dansé
Vous (jullie/u)
avez
dansé
Ils/elles (zij)
ont
dansé
Ik heb gedanst.
Verleden tijd: passé composé 
Passé composé du verbe "danser"

Slide 9 - Slide

Passé composé
Stap 1: Hulpwerkwoord avoir
Stap 2: Hele werkwoord -ER
Stap 3: + É 

Bijvoorbeeld:
ik heb gegeten (eten = manger)
Ik heb = j'ai
manger + é = mangé
j'ai mangé 

Slide 10 - Slide

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'avoir' met het onderwerp
Hoe ging het werkwoord AVOIR ook weer?
ai
as
a
avons
avez
ont

Slide 11 - Drag question

Vertaal: Wij hebben gegeten
A
Nous avons mangé
B
Nous mangé
C
Vous mangé
D
Vous avez mangé

Slide 12 - Quiz

Maak de zin compleet:
Ils ...............chanté
A
ont
B
a
C
sont
D
avons

Slide 13 - Quiz

Maak de zin compleet:
Vous avez ...........? (travailler)
A
travaillez
B
travaillé
C
travailler
D
travaillons

Slide 14 - Quiz

Vertaal:
Il a donné un cadeau

Slide 15 - Open question

Vertaal:
Jullie hebben gewerkt

Slide 16 - Open question

Onregelmatige ww'en
Voor de volgende werkwoorden is de passé composé onregelmatig:



passé composé
vertaling
être (zijn)
j'ai été
ik ben geweest
avoir (hebben)
j'ai eu
ik heb gehad
faire (maken,doen)
j'ai fait
ik heb gedaan/gemaakt
pouvoir (kunnen)
J'ai pu
Ik heb gekund
vouloir (willen)
J'ai voulu
Ik heb gewild 
prendre (nemen)
j'ai pris
ik heb genomen

Slide 17 - Slide

Passé composé
faire
j'ai
prendre
tu as
être
il a
avoir
on a
vouloir
nous avons
Pouvoir
Vous avez
IIIb. Voltooid deelwoord (onregelmatige)
fait
été
eu
pris
voulu
pu

Slide 18 - Drag question

Au travail
à la page 58- 60

Fait les exercices 16A, B, C & D 

Vous pouvez discuter/travailler en duo


Klaar? leer de vocabulaire: Apprendre 1 t/m 4 blz 72-73
timer
15:00

Slide 19 - Slide