Burgerschap leven, rechtspraak (les 2)

Burgerschap leven, rechtspraak

(les 2)
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Burgerschap LevenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Burgerschap leven, rechtspraak

(les 2)

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Wij gaan het hebben over strafbare feiten en overtredingen

Om asociaal gedrag te voorkomen, worden we opgevoed met regels, een heleboel regels. Vaak gaat dat hartstikke goed en kunnen we prettig met elkaar samen leven. Maar het gaat ook wel eens fout...

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Openbaar dronkenschap
A
Misdrijf
B
Overtreding
C
Geen van beide

Slide 4 - Quiz

Het verkrachten van een persoon
A
Misdrijf
B
Overtreding
C
Geen van beide

Slide 5 - Quiz

Kamperen in het openbaar
is een.......
A
Misdrijf
B
Overtreding
C
Geen van beide

Slide 6 - Quiz

Misdrijven
 Diefstal, verkrachting,  bankfraude,  terroristische activiteiten.

Ook het veroorzaken van een overstroming, explosie,  brandstichting, gevaar veroorzaken voor trein- of luchtvaartverkeer. Rijden onder invloed wordt als misdrijf aangemerkt. Op een misdrijf staat maximaal 30 jaar of levenslange gevangenisstraf.

Slide 7 - Slide

Overtredingen
Lichtere orde verstoringen. Hiermee wordt gedrag bedoeld dat ons geld kost  (Rommel maken, openbaar dronkenschap). 

Op een overtreding staat maximaal één jaar hechtenisstraf. 

Slide 8 - Slide

Zoek een voorbeeld van een misdrijf en een overtreding

Slide 9 - Open question

Waar moet een rechter rekening mee houden?

Slide 10 - Mind map

0

Slide 11 - Video

Hoe komt een rechter tot zijn oordeel?

  • Overtreding of misdrijf
  • Strafboek, de maximale straf
  • Vaak een straf onder het maximum

Slide 12 - Slide

Opdracht

Je gaat voor eigen rechter spelen.
Je krijgt informatie over de zaak en de straf.

Daarna krijg je extra informatie.
Wat vind jij moet de straf hoger, lager of gelijk blijven?
Leg uit waarom je dat vindt!

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Je hebt de zaak van Mark gelezen, de straf is 2 jaar cel.
Mark heeft alcohol gedronken voor hij in de auto stapte.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Je hebt de zaak van Mark gelezen, de straf is 2 jaar cel.
Het stoplicht bij het zebrapad was kapot.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Je hebt de zaak van Inge gelezen, de straf is €200,-.
Een vriendin dwong Inge de spullen voor haar te stelen.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Je hebt de zaak van Inge gelezen, de straf is €200,-.
Dit is niet de eerste keer dat Inge heeft gestolen.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Je hebt de zaak van Sven gelezen, de straf is 24u taakstraf.
Sven was niet de enige die de bushokjes vernielde.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Slide

Je hebt de zaak van Sven gelezen, de straf is 24u taakstraf.
Sven is minderjarig.
Wat vind jij, moet de straf omhoog, omlaag of gelijk blijven?
Leg uit waarom!

Slide 31 - Open question

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Slide 32 - Mind map

Ben je tevreden over hoe je geleerd hebt deze les? Geef je gedrag en je inzet een cijfer tussen 1-10!

Slide 33 - Open question