2.5: Geboorte

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Welkom biologen!

- Doe je jas uit en tas van tafel

- Ga rustig zitten en pak je boek schrift en pen erbij

                                           

                                                De instructie begint over:

Thema 2 Voortplanting en seksualiteit

2.5 Geboorte

wat gaan we vandaag doen?

• Korte herhaling 2.4 Bevruchting en zwangerschap
• Leerdoelen vandaag
• Nieuwe theorie: 2.5 Geboorte
• Zelf aan de slag
• Herhalen leerdoelen

herhalen 2.4

Het embryo heeft voedingsstoffen en zuurstof nodig:

- De eerste weken na innesteling haalt het embryo dit uit het dikke slijmvlies van de baarmoeder.

- Daarna: via de placenta en de navelstreng.

In de placenta stroomt bloed van het embryo vlak langs het bloed van de moeder.

Door kleine gaatjes in de wanden van de bloedvaten, gaan stoffen van het ene bloedvat naar het andere.

even herhalen

prenataal onderzoek

= onderzoeken om te kijken naar de gezondheid van een kind in de baarmoeder.

Afwijkingen bij het ongeboren kind kunnen zo worden opgespoord.

even herhalen

Voorbeelden van prenataal onderzoek:

- echoscopie (echo)

- NIPT

- vlokkentest

- vruchtwaterpunctie

Deze 4 moet je kennen.

leerdoelen vandaag (2.5)

Aan het einde van de les:

- kan je de fasen van de geboorte omschrijven

Inleiding

Negen maanden groeit het ongeboren kindje in de baarmoeder.

Dan begint de geboorte.

2.5 Geboorte

Aan het einde van de zwangerschap zakt de foetus in de buik naar beneden.

Het hoofdje zakt in het bekken van de moeder.

Dit heet de indaling.

2.5 Geboorte

Als een baby wordt geboren, dan noem je dat de bevalling.

Een bevalling bestaat uit 3 fasen:

1. de ontsluiting

2. de uitdrijving

3. de nageboorte

fase 1: ontsluiting

De bevalling begint met weeën: samentrekkingen van de baarmoederwand.

Door de weeën gaat de baarmoedermond open. Dit heet ontsluiting.

De vruchtvliezen breken meestal tijdens de ontsluiting.

fase 2: uitdrijving

Tijdens de uitdrijving komt het kindje naar buiten.

Tijdens de uitdrijving worden de weeën steeds krachtiger.

De spieren in de buikwand en in de baarmoeder trekken nu samen. Dit noem je persweeën.

Deze persweeën duwen het kindje naar buiten.

De uitdrijving kan enkele seconden tot wel 2 uur duren.

fase 3: de nageboorte

Als de baby geboren is, begint hij vaak te huilen. Dat is een goed teken: de ademhaling is op gang gekomen.

De bevalling is nog niet afgelopen.

Er zijn nog 3 delen die uit de baarmoeder moeten komen:

- de placenta

- de vruchtvliezen

- de resten van de navelstreng

Deze drie delen noem je de nageboorte.

De nageboorte komt ongeveer een kwartier na de baby.

Persweeën zorgen ervoor dat de nageboorte uit de baarmoeder komt.

De verloskundige of arts controleert of de nageboorte compleet is.

Vragen

Zelf aan de slag

2.5 Geboorte: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m 6 maken

(vanaf blz. 134)

herhalen leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kan je de fasen van de geboorte omschrijven