15. Op een dag waren de volgelingen van Jezus weer bij elkaar. Het was een groep van ongeveer 120 gelovigen. Toen ging Petrus staan en zei: ‘Beste vrienden, jullie weten wat er met Judas gebeurd is. 16. Judas was een leerling van Jezus. Hij hoorde bij ons en deed hetzelfde werk als wij. Maar hij heeft Jezus verraden. 17. Hij hielp de mensen die Jezus gevangen wilden nemen. En hij kreeg daar geld voor. Met dat geld heeft Judas een stuk land gekocht. En daar, op dat land, is hij gevallen. 18.Hij viel zo hard dat zijn buik openscheurde en zijn ingewanden naar buiten kwamen.