quiz Nederlands Indië Mavo 3 Geschiedenis
1 / 25
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Testvraag
Welk antwoord is A?
Welk antwoord is A?
A
B
B
C
C
D
D
A
Slide 2 - Quiz
Tussen 1900 en 1945 groeide het nationalisme in Indonesië.
Welke oorzaak voor de groei van het nationalisme is juist:
A
de invoering van de Ethische Politiek
B
de Nederlandse belofte van onafhankelijkheid
C
de toename van de Indonesische bevolking
D
door de volksraad
Slide 3 - Quiz
Wat was de reden dat veel Indonesiërs de Japanner zagen als bevrijders?
A
De Japanners betaalden voor hun grondstoffen
B
De Japanners gaven hun weer vrijheid
C
De Japanners waren al lang hun bondgenoten
D
De Japanners versloegen de koloniale overheerser
Slide 4 - Quiz
Waarom begonnen de verhoudingen in de wereld rond 1945 te veranderen?
A
nieuwe grootmachten uit de oorlog
B
nationalisme in de kolonien
C
verlies van oude grootmachten
Slide 5 - Quiz
Wat is nationalisme?
A
De inwoners van Nederlands-Indië in de 19e eeuw
B
Mensen die de baas willen zijn over een kolonie
C
Mensen die goed zijn opgeleid
D
Mensen die willen dat buitenlandse bestuurders verwijderen
Slide 6 - Quiz
Wat gebeurde er met de Nederlanders na de bezetting van Nederlands-Indië?
A
Werden teruggestuurd naar Nederland
B
Werden verscheept naar Australië
C
Werden in kampen vastgezet
D
Werden toegevoegd aan het Japanse leger
Slide 7 - Quiz
Wat gebeurde er met Soekarno na de bezetting van Japan?
A
Niks hij bleef vastzitten
B
Hij werd bevrijd en ging samenwerken met de Japanners
C
Hij werd hoogste bestuurder van Indonesië
D
Hij wist te ontsnappen en vluchtte naar Nederland
Slide 8 - Quiz
Welk woord heeft niets te maken met nationalisme?
A
vlag
B
land
C
mitrailleur
D
volk
Slide 9 - Quiz
Nederlands Indie wordt onafhankelijk in...
A
1918
B
1933
C
1945
D
1949
Slide 10 - Quiz
Wie wilde graag onafhankelijkheid voor Indonesië?
A
Nederland
B
Indonesië
C
Beide landen
D
Geen van beide landen
Slide 11 - Quiz
Wat gebeurde met Indonesië direct na de Tweede Wereldoorlog?
A
De onafhankelijkheid werd door NL geaccepteerd
B
Nederland kreeg makkelijk het bestuur weer in handen
C
Soekarno kwam volledig aan de macht
D
Nederland stuurde troepen om de opstand neer te slaan
Slide 12 - Quiz
Wat is dekolonisatie?
A
Het zelfstandig worden van een kolonie
B
Segregatie van bevolkingsgroep
C
Apartheid
D
Onderdrukking
Slide 13 - Quiz
Wat zijn pemoeda's
A
tropische dieren
B
gewapende nationalistische jongeren
C
een ander woord voor de jappen
D
aanhangers van de Nederlanders
Slide 14 - Quiz
De VOC haalden …………….. uit Nederlands Indië
A
Olie
B
Sinaasappels
C
Rijst
D
Specerijen
Slide 15 - Quiz
Nederlands-Indië was een ... van Nederland
A
Vijand
B
Bondgenoot
C
Kolonie
Slide 16 - Quiz
Hoe werd Nederlands-Indië een kolonie van Nederland?
A
Nederland veroverde het van Groot-Brittannië
B
Het ontstond toen de VOC handelsposten langs de kust bouwde
C
Het werd tijdens het Congres van Wenen besloten
D
De staat nam de bezittingen over van de VOC
Slide 17 - Quiz
In welk jaar werd Nederlands-Indië een kolonie van Nederland?
A
1602
B
1799
C
1804
D
1815
Slide 18 - Quiz
Wie was de baas in Nederlands-Indië
A
De Landsadvocaat
B
De regenten
C
De Indische vorsten
D
De gouverneur-generaal
Slide 19 - Quiz
Wat is het cultuurstelsel?
A
Producten die verbouwd worden en verkocht aan landen
B
Regels voor boeren in Indië om producten te verbouwen voor NL
C
Het culturele erfgoed van andere landen
D
Afspraken die gemaakt zijn zodat alle boeren dezelfde winst krijgen
Slide 20 - Quiz
Welke uitspraak is van een boer uit Nederlands-Indië?
A
Het cultuurstelsel is een drama.
B
Het cultuurstelsel is een groot succes.
Slide 21 - Quiz
Het cultuurstelsel ging in in
A
1832
B
1820
C
1800
D
1830
Slide 22 - Quiz
Wat was het doel van het cultuurstelsel?
A
weer winst uit Nederlands-Indië halen
B
betere behandeling van Indische volk
C
verspreiding van het Christendom
D
Verbetering van de specerijhandel
Slide 23 - Quiz
Deze kaart is Nederlands-Indië rond
A
1750
B
1800
C
1850
D
1900
Slide 24 - Quiz
Met de Etische Politiek wilde Nederland...
A
Boete doen voor het koloniale verleden
B
Nederlands-Indie ontwikkelen met aandacht voor onderwijs, gezondheidszorg en infrastructuur
C
De koloniale macht uitbreiden door factorijen te bouwen
D
De koloniale macht uitbreiden door oorlog te voeren op Java en Sumatra
