Werkwoorden in de verleden tijd kunnen schrijven en vertellen.
Tekst schrijven in de vt een oudere persoon
Boekbesprekingen van: Angel, Mariam, Waleed & Illia
Praatplaat + opdrachten
1 / 9
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1
This lesson contains 9 slides, with text slides.
Lesson duration is: 150 min
Items in this lesson
22-01-2025
Werkwoorden in de verleden tijd kunnen schrijven en vertellen.
Tekst schrijven in de vt een oudere persoon
Boekbesprekingen van: Angel, Mariam, Waleed & Illia
Praatplaat + opdrachten
Slide 1 - Slide
Opdracht 103 & 104
Regelmatige werkwoorden (103) SoFTKeTCHuP
Onregelmatige werkwoorden (104) Eigen vorm
Slide 2 - Slide
Opdracht 105
Naamstokjes!!!
Praatplaat bekijken
1 leest de zin
1 maakt een antwoord met Vroeger
Bijv.: Nutypen we op een toetsenbord. (typen)
Vroegertypten de mensen op een typemachine.
Slide 3 - Slide
Vroeger - Opgroeien
Maak eerst opdracht 106
Bespreek in groepjes van 3 opdracht 107 Antwoord in de verleden tijd!
Vertel alle drie over vroeger..
Ik groeide op in Almelo. Ik woonde in een hoekhuis. Ik had een grote tuin. Wij gebruikten de tuin om te zitten. Ik speelde voor op straat en in de buurt. etc.
Slide 4 - Slide
Tekst schrijven
Over wie ga je schrijven? Denk aan een oudere persoon.
Schrijf 7 zinnen met in elke zin één van de volgende werkwoorden: leren - maken - ontmoeten - opgroeien - trouwen - werken - wonen.
Gebruik woorden zoals: maar, omdat, terwijl, eerst, daarom..
Lees je tekst na.
Wissel de tekst met degene naast je.
Verbeter waar dat nodig is de spelling of de woordvolgorde. Let goed op de werkwoorden!
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Boekbesprekingen
Slide 7 - Slide
Opdrachten 110 & 111
Gebruik de praatplaat om de vragen te beantwoorden (110)
Maak zelf vragen en zinnen met de blauwe woorden (111)