H7 - §7.1 Krachten herkennen

Welkom in de les
Vandaag:
  • lesdoelen §7.1
  • instructie §7.1
  • Maken opgave uit het boek 
  • Afsluiting les

 


H7 - Krachten
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom in de les
Vandaag:
  • lesdoelen §7.1
  • instructie §7.1
  • Maken opgave uit het boek 
  • Afsluiting les

 


H7 - Krachten

Slide 1 - Slide

§7.1 - Je leert ...
  • de drie effecten van een kracht herkennen;
  • vier soorten krachten met hun symbolen herkennen: spierkracht, veerkracht, zwaartekracht en wrijvingskracht.

Slide 2 - Slide

Krachten
Bedenk welke krachten
hier werken en waarom
de brandweerlieden
en berde brandslang
 gebruiken.

Slide 3 - Slide

Noteer 2 woorden waar je aan denkt bij het horen van het woord kracht.

Slide 4 - Mind map

Effecten van krachten

Slide 5 - Slide

Effecten van krachten
  • De grootte van de snelheid verandert.
  • De richting van de snelheid verandert.
  • De vorm van een voorwerp verandert

Slide 6 - Slide

Gevolgen van krachten
  • De grootte van de snelheid verandert.
  • De richting van de snelheid verandert.
  • De vorm van een voorwerp verandert.

Slide 7 - Slide

Effecten van krachten
Wat: geef van elk van de onderstaande voorbeelden aan hoe je ziet dat er een kracht werkt

Voorbeelden:
- Usain Bolt krijgt het startsein voor de 100 m sprint en begint te rennen
- Een honkballer slaat een bal het veld in
- Een kunstenaar maakt een vaas van klei
- Een fietser komt tot stilstand voor het rode stoplicht

Hoe: noteer voor welke voorbeeld het antwoord, samen met de persoon die naast je zit. Daarna wordt het klassikaal besproken

Slide 8 - Slide

Effecten van krachten
Voorbeelden:
- Usain Bolt krijgt het startsein voor de 100 m sprint en begint te rennen
- De snelheid verandert van grootte, dus er werkt een kracht.
- Een honkballer slaat een bal het veld in.
- De snelheid verandert van richting, dus er werkt een kracht.
- Een kunstenaar maakt een vaas van klei.
- De vorm van de klei verandert, dus er werkt een kracht
- Een fietser komt tot stilstand voor het rode stoplicht.
- De snelheid neemt af, dus er werkt een kracht.

Slide 9 - Slide

Noteer de verschillende soorten krachten die je kent.

Slide 10 - Open question

Soorten krachten
  • Zwaartekracht        (Fz)
  • Spierkracht              (Fs)
  • Veerkracht                (Fv)
  • Wrijvingskracht      (Fw)

Slide 11 - Slide

Soorten krachten
Het symbool voor kracht is F

Naam:                          Symbool:
Zwaartekracht        Fz,    Fzwaartekracht
Spierkracht              Fs,    Fspier
Veerkracht                Fv,    Fveer
Wrijvingskracht      Fw,   Fwrijving

Slide 12 - Slide

Pictionary
Wat:
  1. Ga in jouw groepje van 3 á 4 leerlingen zitten
  2.  Eén leerling kiest een kracht van het lijst hiernaast en tekent een situatie waarin deze kracht in voor komt
  3. De andere leerlingen proberen te raden welke kracht het is
  4. De eerste leerling uit het groepje die het kracht juist benoemd krijgt een punt
Leerlingen met de meeste punten, wint
Tijd: 7 minuten

timer
7:00
Regels
Regels

Slide 13 - Slide

Pak je agenda!
Noteer in het blauwe gedeelte voor de volgende les

  • Lezen §7.1 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱

Slide 14 - Slide

Aan de slag!

  • Lezen §7.1 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱
Zs

Slide 15 - Slide

Aan de slag!

  • Lezen §7.1 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱
Zf

Slide 16 - Slide

Wat weet je al???

Slide 17 - Slide

Krachten
Bedenk welke krachten
hier werken en waarom
de brandweerlieden
en berde brandslang
 gebruiken.

Slide 18 - Slide

Welke krachten werken er?

Slide 19 - Open question

Noem de 3 effecten van een kracht.

Slide 20 - Mind map


Welke kracht wordt hier gebruikt?
A
Veerkracht
B
Spierkracht
C
Zwaartekracht
D
Wrijvingskracht

Slide 21 - Quiz

§7.1 - Je kunt ...
  • de drie effecten van een kracht herkennen;
  • vier soorten krachten met hun symbolen herkennen: spierkracht, veerkracht, zwaartekracht en wrijvingskracht.

Slide 22 - Slide

Ja, dat kan ik!
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll