HEY 3.2 Break-evenanalyse

3.2 Break-evenanalyse
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

3.2 Break-evenanalyse

Slide 1 - Slide

Vandaag
Hoe bepaalt een producent de productieomvang waarbij hij zijn kosten precies terugverdient?

Slide 2 - Slide

Winst berekenen
Als er na het betalen van alle kosten geld overblijft, is er winst.

De kosten kunnen ook hoger zijn dan de omzet. Dan is er geen winst, maar
verlies.




TW = TO - TK

Slide 3 - Slide

Break-evenafzet
Het punt waarbij de totale kosten precies worden terugverdiend
Break-even punt

Slide 4 - Slide

Grafiek
BEP 
(break-even punt)
BEA 
(break-even punt)
break-even prijs 

break-even omzet 

Slide 5 - Slide

Break-even omzet
Als je de break-even afzet weet kun je heel gemakkelijk 
de break-even omzet berekenen:


BEO = break-even afzet x verkoopprijs per stuk

Slide 6 - Slide

Afkortingen
BEA = break even AFZET
BEO = break even Omzet
BEP = Break even POINT

TO = totale opbrengst
TK = Totale kosten

Slide 7 - Slide

Break-evenpunt berekenen
  • In geld -> Break-evenomzet (BEO) 
  • In stuks -> Break-evenafzet (BEA)

De berekening waarmee je bepaalt wat het BEP is, heet de break-evenanalyse

Break-even afzet = TCK / (p - GVK)


Slide 8 - Slide

Afkortingen en berekeningen
TO = Totale opbrengst (pxq)
TK = Totale kosten (TVK + TCK) of 
                                   (GVK x q) + TCK
TW = Totale winst (TO - TK)

GVK = gemiddelde variabele kosten 
GCK = Gemiddelde constante kosten (TCK/q)
GTK = Gemiddelde totale kosten (GVK + TCK/q)

Slide 9 - Slide

Aan de slag
Nakijken 3.1
Maken 3.2

Slide 10 - Slide