This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Planten en Dieren: Vissen
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de evolutie van vissen beschrijven vanuit hun voorvader Pikaia.
Aan het einde van de les kun je de kenmerken van vissen benoemen die hen onderscheiden van andere dieren.
Aan het einde van de les kun je uitleggen wat de functie is van de zwemblaas bij vissen.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Wat weet je al over de evolutie van vissen?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Geschiedenis van vissen
Vissen stammen af van een wormachtig wezen genaamd Pikaia dat 545 miljoen jaar geleden leefde. Ontwikkeling van meest primitieve ééncelligen, meer dan 2 miljard jaar voor meercellig leven ontstond, 400 miljoen jaar voor vissen ontwikkelden.
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Voorvader van vissen
Pikaia: De voorvader van de huidige vissen, een wormachtig diertje.
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Evolutie van het eerste leven tot vissen
Het duurde meer dan 2 miljard jaar voordat meercellig leven ontstond en nog eens 400 miljoen jaar voordat vissen ontwikkelden.
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Kenmerken en functies van vissen
Een vis wordt gedefinieerd als een waterbewoner met een wervelkolom, die koudbloedig is, zuurstof haalt door kieuwen, eieren legt, en vinnen heeft in plaats van poten. Koudbloedig: Een organisme dat de temperatuur van zijn lichaam niet zelf kan reguleren, maar afhankelijk is van de omgevingstemperatuur. Zwemblaas: Een gas- of oliegevulde ballon in vissen die hen helpt om hun drijfvermogen te reguleren en op een constante diepte te blijven.
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Definitielijst
Pikaia: De voorvader van de huidige vissen, een wormachtig diertje. Koudbloedig: Een organisme dat de temperatuur van zijn lichaam niet zelf kan reguleren, maar afhankelijk is van de omgevingstemperatuur. Zwemblaas: Een gas- of oliegevulde ballon in vissen die hen helpt om hun drijfvermogen te reguleren en op een constante diepte te blijven.
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 9 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 10 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.