2.1 (d1)

VMBO KGT 4
2.1 De tijd van burgers en stoommachines
Lesdoelen:
Aan het einde van deze paragraaf kan je:
- uitleggen dat er in de jaren 30 een grote economische crisis was.
- uitleggen hoe arme Nederlanders leefden en werkten in de 19e eeuw.

1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

VMBO KGT 4
2.1 De tijd van burgers en stoommachines
Lesdoelen:
Aan het einde van deze paragraaf kan je:
- uitleggen dat er in de jaren 30 een grote economische crisis was.
- uitleggen hoe arme Nederlanders leefden en werkten in de 19e eeuw.

Slide 1 - Slide

Intro H2 Sociale zekerheid in Nederland
In de jaren 30 was er een grote economische crisis. Deze was begonnen in de Verenigde Staten en waaide over naar Europa. 
De Nederlandse economie stortten in. Veel bedrijven gingen failliet en veel mensen raakte hun baan kwijt.
Vanuit de overheid werd de steun opgezet. 
In ruil voor een stempel per dag kregen ze een kleine uitkering.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Zet de zinnen in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
Mensen raken hun banen kwijt en verdienen geen geld.
De Amerikanen kopen geen Nederlandse producten meer, hierdoor gaan sommige Nederlandse bedrijven ook failliet.
Men krijgt een kleine uitkering, maar probeert zwart wat bij te verdienen.
In 1929 ontstaat er een crisis in Amerika.
Men moet elke dag op verschillende tijden gaan stempelen.

Slide 4 - Drag question

Intro H2 Sociale zekerheid in Nederland
Aan de slag!
Maak opdr. 1 t/m 3 blz. 48

Slide 5 - Slide

2.1 De tijd van burgers en stoommachines
1800-1900
Armoede in Nederland
In de 19e eeuw (1800-1900) was de wereld sterk veranderd. De meeste mensen woonden en werkten in de stad (fabrieken).


Voor 19e eeuw
Vanaf 19e eeuw
Grond het belangrijkste bezit.
Kapitaal het belangrijkste bezit. (investeren)
Meeste mensen wonen en werken op het platteland.
Meeste mensen wonen en werken in de stad.
Boeren delen eigen tijden in. Hele gezin hielp mee.
Arbeiders maakten lange werkdagen. Ook kinderen moeten volledig meewerken.

Slide 6 - Slide

2.1 De tijd van burgers en stoommachines
1800-1900
Armoede in Nederland
Arbeiders stierven jong:
Men woonden in nauwe, vochtige huisjes. Er was een gebrek aan schoon drinkwater. Er was geen toilet, riolering of vuilnisophaaldienst.  (1) Hierdoor was de hygiëne slecht.
(2) Door eentonig eten had men weinig weerstand en verspreidde ziektes zich snel. (3) Een derde reden voor het hoge sterftecijfer was het zware werk van de arbeiders.
Ze maakte lange dagen, er was veel kans op ongelukken en er waren geen veiligheidsregels.


Slide 7 - Slide

2.1 De tijd van burgers en stoommachines
1800-1900
Armoede in Nederland
Bekijk de video tot minuut 4 over de kinderarbeid en vanaf 10:27 over o.a. de arbeiderswoning tot minuut 17.


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Open de puzzel met het plusje. Upload hier een screenshot (Shift- windowsvlaggetje - s) van de gemaakte puzzel.

Slide 10 - Open question

2.1 De tijd van burgers en stoommachines
1800-1900
Armoede in Nederland
In deze tijd waren er nog geen wetten die de arbeider beschermde. Omdat er veel werkzoekenden waren in de stad, hadden de fabriekseigenaren veel macht.
Kinderen moesten meewerken omdat het gezin anders te weinig verdiende. 


Bekijk de volgende video als je meer wilt weten over het werk van de arbeiders.



Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

2.1 De tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
Armenzorg
In de 19e eeuw was er nog geen recht op sociale zekerheid (de overheid zorgt voor de basisbehoefte van de burgers).
Wanneer je arbeidsongeschikt, gehandicapt of werkloos was, was afhankelijk van liefdadigheid.
Armenzorg was in elke stad of dorp anders geregeld.
1. kerk
2. vakbonden vanaf 1866
3. particuliere verenigingen
4. armenzorg stad of dorpsbestuur voor mensen die hier geen hulp van kregen.



Slide 13 - Slide

Intro H2 Sociale zekerheid in Nederland
Aan de slag!
Lees blz. 50 en armenzorg blz. 51.
Maak opdr. 1 t/m 4 blz. 53

Slide 14 - Slide