KA T3+T4 oefenen (zelfstandige versie)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

KA T3+T4 oefenen

Wat ga je doen?

• Bekijk de uitlegfilmpjes over deze twee KA van tijdvak 3 OF lees de informatie in GS compact hierover.
• Noteer de vragen die je nog hebt over elk KA in de slide daarna.
• Maak dan de examenopgaven in  de slides daarna. Ga daarbij niet te snel naa het goede antwoord op de latere slides, maar probeer eerst zelf te formuleren: daar leer je garandeerd het meeste van! 
• LET OP: het zijn drie vragen, de laatste vraag gaat over Tijdvak 4 

Vragen over het KA Feodalisme?

Vragen over het KA Hofstelsel en Horigheid?

Gebruik de bron.

Twaalf jaar nadat Karel de Grote tot keizer is gekroond, laat hij deze munt slaan.

Twee interpretaties:

1 Karel suggereert een bepaalde politieke continuïteit.

 2 Karel streeft naar eenheid in zijn rijk.

 Geef aan:

 welke politieke continuïteit Karel met de voorkant van de munt suggereert, en

 welke boodschap Karel wil overbrengen door het suggereren van deze politieke continuïteit, en

 dat Karel met de achterkant van de munt streeft naar eenheid in zijn rijk. 

(Zie ook vorige slide voor de hele vraag) Twee interpretaties:
1 Karel suggereert een bepaalde politieke continuïteit.
2 Karel streeft naar eenheid in zijn rijk.
Geef aan:
 welke politieke continuïteit Karel met de voorkant van de munt suggereert, en
 welke boodschap Karel wil overbrengen door het suggereren van deze politieke continuïteit, en
 dat Karel met de achterkant van de munt streeft naar eenheid in zijn rijk.

Gebruik de bron

Twaalf jaar nadat Karel de Grote tot keizer is gekroond, laat hij deze munt slaan.

Twee interpretaties:

1 Karel suggereert een bepaalde politieke continuïteit.

 2 Karel streeft naar eenheid in zijn rijk.

 Geef aan:

 welke politieke continuïteit Karel met de voorkant van de munt suggereert, en

 welke boodschap Karel wil overbrengen door het suggereren van deze politieke continuïteit, en

 dat Karel met de achterkant van de munt streeft naar eenheid in zijn rijk. 

maximumscore 3

Voorbeeld van een juist antwoord is:

• Karel suggereert politieke continuïteit met het Romeinse Rijk (door zichzelf Imperator te noemen / als een Romeinse keizer te latenafbeelden). 1

 • waarmee Karel de boodschap wil overbrengen dat hij (net als de Romeinse keizers) een machtig leider is / voor een sterk rijk zal zorgen. 1

• Karel wil (met de tekst 'christelijke religie' / de afbeelding van een kerk)bevorderen dat er in zijn rijk één godsdienst wordt aangehangen. 1

Gebruik de bron 

De maker heeft zich bij het vervaardigen van deze tekening waarschijnlijk gebaseerd op Romeinse voorbeelden van steden.

(3p) Licht deze tekening toe door:

 met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen uit te leggen waardoor het waarschijnlijk is dat de maker zich baseert op een voorbeeld van een Romeinse stad bij het vervaardigen van deze tekening, en

 te verklaren waardoor een boek zoals dit psalmenboek de verspreiding van het christendom bevordert. 

(Zie ook vorige slide voor de hele vraag)De maker heeft zich bij het vervaardigen van deze tekening waarschijnlijk gebaseerd op Romeinse voorbeelden van steden.
(3p) Licht deze tekening toe door:
 met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen uit te leggen waardoor het waarschijnlijk is dat de maker zich baseert op een voorbeeld van een Romeinse stad bij het vervaardigen van deze tekening, en
 te verklaren waardoor een boek zoals dit psalmenboek de verspreiding van het christendom bevordert.

Gebruik de bron 

De maker heeft zich bij het vervaardigen van deze tekening waarschijnlijk gebaseerd op Romeinse voorbeelden van steden.

(3p) Licht deze tekening toe door:

 met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen uit te leggen waardoor het waarschijnlijk is dat de maker zich baseert op een voorbeeld van een Romeinse stad bij het vervaardigen van deze tekening, en

 te verklaren waardoor een boek zoals dit psalmenboek de verspreiding van het christendom bevordert. 

Kern van een juist antwoord is:

• Door 'de vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarischurbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid' raken in de vroege

middeleeuwen veel steden in verval / nemen steden in omvang af / worden geen grote steden gebouwd (wat aannemelijk maakt dat de tekenaar zich voor de afbeelding baseert op Romeinse voorbeelden

van steden). 2

• Boeken met illustraties bij psalmen (zoals deze bron) maken het makkelijker om de teksten te onthouden (wat de verspreiding van het christendom bevordert). 1

Opmerking: Alleen als het antwoord op de eerste deelvraag een combinatie bevat van een juist kenmerkend aspect en een daarbij passende juiste verklaring voor het zich baseren op een Romeins voorbeeld van een stad, worden scorepunten toegekend. 

Gebruik de bron.

Deze oproep tot strijd tegen de Albigenzen past bij verschillende kenmerkende aspecten van de middeleeuwen.

 Geef aan:

 op welke wijze de paus bestuurlijke verhoudingen uit de vroege middeleeuwen inzet tegen graaf Raymond, waarbij je je antwoord ondersteunt met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen,

en

 met een kenmerkend aspect uit de late middeleeuwen met welke strijd de paus de oorlog tegen de Albigenzen vergelijkt.  

(Zie ook vorige slide voor de hele vraag) Geef aan:
 op welke wijze de paus bestuurlijke verhoudingen uit de vroege middeleeuwen inzet tegen graaf Raymond, waarbij je je antwoord ondersteunt met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen,
en
 met een kenmerkend aspect uit de late middeleeuwen met welke strijd de paus de oorlog tegen de Albigenzen vergelijkt.

Gebruik de bron.

Deze oproep tot strijd tegen de Albigenzen past bij verschillende kenmerkende aspecten van de middeleeuwen.

 (3p) Geef aan:

 op welke wijze de paus bestuurlijke verhoudingen uit de vroege middeleeuwen inzet tegen graaf Raymond, waarbij je je antwoord ondersteunt met een kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen,

en

 met een kenmerkend aspect uit de late middeleeuwen met welke strijd de paus de oorlog tegen de Albigenzen vergelijkt.  

Voorbeeld van een juist antwoord is:

• De paus wil bereiken dat de leenmannen van de graaf de kant van de paus kiezen door te beweren dat hij de adel/de leenmannen vrij kan maken van de verplichtingen aan de graaf / de beschikking kan geven

over de landerijen van de graaf

• waarmee de paus gebruikmaakt van '(het ontstaan van) de feodale verhoudingen in het bestuur'

• De paus vergelijkt de strijd tegen de Albigenzen met de kruistocht tegen de Saracenen, wat past bij 'de expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de kruistochten'

Opmerking Alleen als het antwoord bij de eerste deelvraag een juiste uitleg bevat over het inzetten van de bestuurlijke verhoudingen, wordt 1 scorepunt toegekend aan het passende kenmerkend aspect uit de vroege middeleeuwen.