Les 1. Wereldgodsdiensten

Deel 1
1 / 30
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Deel 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Geloof

Slide 2 - Mind map

Is er iemand gelovig?
Leerdoelen:

- je kunt uitleggen welke monotheistische     
     godsdiensten er zijn. 

- Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat het  Christendom, Jodendom en Islam inhoudt en waarom het Christendom zo belangrijk is geworden. 

- Je kent enkele overeenkomsten en verschillen tussen deze wereldreligies. 

-  



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat hebben deze afbeeldingen met elkaar gemeen?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Wereldgodsdiensten
  • Jodendom
  • Christendom
  • Islam

Slide 6 - Slide

This item has no instructions


Koninkrijk?


De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest,
hoewel daar erg weinig over bekend is.

En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
In 117 na Christus was het Romeinse Rijk op zijn grootst. 
In 63 v. Chr. veroverden de Romeinen de streek Palestina. Hier woonden vooral joden. Zij geloven in één god. Dit heet: monotheïsme (monos=enkel, theos=god).
De joden geloofden dat een verlosser hen zou bevrijden van al het kwaad, dus misschien ook wel van de Romeinen.
Romeinen geloven in meerdere goden. Dit heet: polytheïsme (poly=meer, theos=god). Overwonnen volken mogen hun eigen goden houden, zolang ze de belangrijkste Romeinse goden ook vereren. De Romeinen nemen op hun beurt ook weer Goden van andere volken over.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat zie je hier?

Slide 8 - Slide

Vraag de leerlingen of ze deze voorwerpen herkennen. (Je kan inzoomen op de afbeeldingen.)

Torarol: Vertel leerlingen dat zij op deze afbeelding een belangrijke tekst zien die hoort bij het Jodendom. Wie weet hoe deze rol (of dit boek) heet? In welke taal is het geschreven?
Antwoord: Het is een Tora; het is geschreven in het Hebreeuws.
Vertel eventueel meer over de Torarol: De Tora is het eerste deel van de Hebreeuwse bijbel (ook wel bekend als het Oude Testament). In de Tora staan verhalen en leefregels. De verhalen gaan over hoe de wereld is geschapen, wie de eerste mensen waren en hoe het Joodse volk is ontstaan. De Hebreeuwse tekst van de Tora is met de hand geschreven op een rol perkament. Dit lijkt op papier maar het is gemaakt van dierenhuid. Twee houten stokken houden het begin en het einde van de rol vast. Als een Torarol helemaal openligt, is hij wel zestien meter lang. In de synagoge wordt de Tora in een speciale kast bewaard.

Keppel: Vraag of iemand weet hoe dit voorwerp heet.
Antwoord: Vertel de leerlingen dat dit 'keppels' zijn. Dit is het hoofddeksel, waarmee Joodse mannen (en soms nu ook vrouwen) hun hoofd bedekken, om een onderscheid te maken tussen het aardse en het hogere.
Vertel eventueel meer: Bij bepaalde gelegenheden, zoals het bestuderen van heilige teksten en het bezoeken van de synagoge en van begraafplaatsen is het dragen een hoofdbedekking verplicht. Daarbuiten is het een persoonlijke keuze, net als de kleur, vorm en materiaal van de keppel, pet of hoed.

Bagel (Een recept dat met de migratie van Pools-Joodse bakkers in Amerika terecht kwam.)
Sportvaantje: Gymnastiekprijs, van de Joodse sportvereniging Maccabi uit 1960.

Vraag wat deze objecten vertellen.
Jodendom
  • Is monotheïstisch en gelooft dus in een God. 
  • 1000 v. onze jaartelling vertrek vanuit Egypte naar Judea. 
  • Tenach, De bijbel van de Joden.
  • Het oude testament zijn de verhalen uit de Tenach. 
  • Nieuwe testament staat in de bijbel en gaat over Jezus.
  • Judea (nu Israël en Palestina)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan bij het woord Jood?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

. Jodendom is het oudste geloof ter wereld. 
. Door de verovering van de Romeinen werd het een vazalkoninkrijk. een rijk wat niet meer zelfstandig is. 
. Joden komen in opstand maar werden neergeslagen door de Romeinen. 
. In Jeruzalem was geen tempel dus werd deze gebouwd dit heet een synagoge.
. Iemand die de joodse wetten kent is een rabbijn. 
. Later gingen de joden verspreid over de wereld leven. Dit noemen we een diaspora. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Herken je dit ook?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De vissen staan voor het Christendom.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions


Jezus van Nazareth


  • Jezus is een Joodse man die rondreist in de streek Palestina en vertelt dat God goede mensen beloont en slechte mensen straft.
  • Jezus krijgt veel aanhangers. 
  • De Romeinen vinden hem daarom gevaarlijk. Ze nemen hem gevangen en kruisigen hem, de straf voor een opstandige slaaf.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions


Heeft Jezus echt bestaan?


  • Historici denken van wel, al zijn er geen geschreven bronnen. 
  • Ook de Romeinen hebben niets opgeschreven over deze persoon. 
  • Alles wat wij van hem weten is (ongeveer 50 jaar) later opgeschreven, bijvoorbeeld in de Bijbel (Nieuwe Testament).






Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Christendom in Romeinse Rijk
- De christenen vormden een kleine sekte binnen het Jodendom. Het Christendom werd een aparte godsdienst waarin ook niet-Joden welkom waren. Ze weigeren de Romeinse keizer te eren. Hierdoor werden ze door de Romeinen vervolgd. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Christenvervolging

  • De christenen geloven maar in één god, en dat is niet de Romeinse keizer!

  • Daarom laat de Keizer van de Romeinen de christenen vervolgen en doden...
Onder sommige Romeinse steden bevonden zich catacomben waarin christenen (maar ook Joden) hun doden begroeven.
Veel van deze catacomben zijn mooi versierd met christelijke muurschilderingen.
De catacomben werden soms ook gebruikt voor kerkdiensten, omdat het boven de grond te gevaarlijk was om openlijk voor je geloof uit te komen.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Constantijn de Grote
In 312 moet Constatijn een belangrijke veldslag voeren. Hij heeft een droom waarin God hem toespreekt. 
Constantijn bekeert zich tot het christendom. Hiermee komt een eind aan de vervolging. 
Constantijn de Grote ziet een christelijk teken. Gravure uit de 17e eeuw.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions


Staatsgodsdienst

  • In 380 verplicht keizer Theodosius iedereen om christen te worden. 
  • Het christendom wordt een staatsgodsdienst en alle andere godsdiensten worden verboden. 
  • Voorheen werden de christenen vervolgd, nu wordt iedereen vervolgd die geen christen is. 
Romeinse munt met het hoofd van Theodosius I de Grote

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat weet jij al over
moslims/de Islam?

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

De opkomst van de islam
Ontstaan van de islam

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Islam, wat betekent onderwerping (aan God)

Mensen die geloven zijn moslims, wat betekent ‘iemand die zich onderwerpt’

 Allah, wat ‘(dé) God’ betekent. Mensen zeggen dus niet God maar Allah.
1/5 van de wereld gelooft in Allah.



.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

de Koran is een boek wat wordt gelezen door moslims. Deze heeft Mohammed laten schrijven rond het jaar 600.

Mohammed is volgens de moslims de laatste profeet Een profeet is iemand die namens God boodschappen doorgeeft.






Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Aya Sophia (Istanboel)
Christelijke, Byzantijnse kathedraal  van 537 tot 1453
De rotskoepel (Jeruzalem)
Gebouwd tussen 688-692
Overeenkomsten en verschillen?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Video

This item has no instructions

Ga met een klasgenoot in gesprek:

1) Welk nut kan bidden hebben denk je?

2) Bespreek met elkaar: 
  • Bid jij soms? Waarom wel / niet? 
  • Wanneer? Waar? Hoe vaak? 
  • Welk effect heeft bidden (of als je niet bidt: stilte) op jou? 

3) Ken je iemand van wie het gebed al eens uitkwam? 

4)  Zou het zin hebben om te bidden als je niet in een God gelooft? 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Check leerdoel
Heb jij de leerdoelen gehaald?
Beantwoord de volgende vragen!
Welke monotheïstische religies zijn er?
Wat is verschil tussen Christendom en Jodendom?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions