paragraaf 5.2 Snelheid

Hoofdstuk 5

Paragraaf 5.2:     "Snelheid"
1 / 11
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5

Paragraaf 5.2:     "Snelheid"

Slide 1 - Slide

Leerdoelen:
7. Ik weet hoe hard iemand wandelt of fietst


8. Ik kan m/s omrekenen naar km/u (en omgekeerd)


9. Ik kan de (gemiddelde) snelheid uitrekenen en ik kan de anfstand uitrekenen bij een gegeven snelheid en tijd

Slide 2 - Slide

Hoe lang liep jij gemiddeld over de 5 km van de avondvierdaagse?
A
2 uur
B
30 minuten
C
45 minuten
D
1 uuur

Slide 3 - Quiz

Wat is de definitie van m/s?
A
het aantal meters dat ik loop
B
het aantal meters dat ik in totaal van mijn leven gelopen heb
C
het aantal seconden dat ik loop over een meter
D
het aantal meter per 1 seconde

Slide 4 - Quiz

Wat is een gemiddelde?
A
Een getal wat het vaakst voorkomt in een reeks getallen
B
Een getal dat opgeteld en gedeeld is door het aantal getallen
C
Een getal dat het midden weergeeft van een rij getallen

Slide 5 - Quiz

Uitleg

  • Gemiddelde snelheid van lopen, autorijden, fietsen etc...

  • Omrekenen van m/s naar km/h en andersom


  • Gemiddelde snelheid berekenen en met dit gegeven tijd en afstand kunnen berekenen in een opgave

Slide 6 - Slide

Reken de volgende snelheden om:
4,8 m/s = .............
14,2 m/s = .............
35 km/h = ............
120 km/h = ............
2:45 min = seconden
1:34:32 = ...... seconden

Slide 7 - Open question

Geef antwoord op de volgende vraag:

Een auto legt een afstand af van 75 km. De auto rijdt gemiddeld 18 m/s. Hoeveel tijd doet deze auto over deze afstand?

Slide 8 - Open question

Verwerking
Ga nu aan de slag met de opdrachten die je moet maken volgens je persoonlijke document. Heb je nog vragen of had je veel niet goed beantwoord bij de herhalingsvraag, oefen dan nog even mee met mij voor in de klas.

Slide 9 - Slide

Afsluiting:
Heb jij de leerdoelen voor jezelf behaald?

7. Ik weet hoe hard iemand wandelt of fietst


8. Ik kan m/s omrekenen naar km/u (en omgekeerd)


9. Ik kan de (gemiddelde) snelheid uitrekenen en ik kan de anfstand uitrekenen bij een gegeven snelheid en tijd

Slide 10 - Slide

Welk leerdoel heb jij voor jezelf behaald?
A
1
B
2
C
3

Slide 11 - Quiz