Quizzzzz

Toets lezen hoofdstuk 4
Donderdag 3 februari 

1 / 30
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Toets lezen hoofdstuk 4
Donderdag 3 februari 

Slide 1 - Slide

Even een makkelijk begin: Hoe heten de leestekens die hierboven staan? Sleep de juiste naam naar het juiste leesteken.
aanhalingsteken
komma
punt
puntkomma
vraagteken

Slide 2 - Drag question

Schrijf de persoonsvorm tt
Wat .... (appen) je klasgenoten daarover?

Slide 3 - Open question

Mijn zusje heeft een nieuwe knuffel. Zij neemt hem overal mee naartoe.
Welke woorden zijn verwijswoorden?
A
Zusje
B
Knuffel
C
Zij
D
Hem

Slide 4 - Quiz

Welke woorden zijn goed gespeld?
A
zaaterdag
B
zaterdag
C
boterhammen
D
boterhamen

Slide 5 - Quiz

ei
ij
ij
ei
N...megen
afsch...d
geh...m
st...ger
r...bewijs
ongel...k
vlakb...
...gendom

Slide 6 - Drag question

broo..
A
broot
B
brood

Slide 7 - Quiz

Dit is een stukje van een tekst. Het gaat altijd over een bepaald deelonderwerp.
Dit is het onderwerp van een alinea.

Dit is een titel die je boven een alinea of een groepje alinea’s zet.

Dit is het begin van een tekst. Hierin kun je je lezers bijvoorbeeld vertellen waar je tekst over gaat.

Dit is het laatste gedeelte van een tekst. Hierin kun je bijvoorbeeld een korte samenvatting schrijven of een tip geven aan je lezers.
Dit zijn vragen die beginnen met: Wie? Wat? Waar? Wanneer? Waarom? Hoe? Deze vragen beantwoord je voordat je een informerende tekst gaat schrijven.
inleiding
tussenkopje
slot
alinea
deelonderwerp
5W+1H-vragen

Slide 8 - Drag question

Alle kinderen vinden de persoonsvorm in deze zin.
De persoonsvorm is:
A
kinderen
B
vinden
C
persoonsvorm
D
deze

Slide 9 - Quiz

p..zeren
Friets..s
kab..ter
sj..wen

      AU

      OU

      AU

     OU

Slide 10 - Drag question

Schrijf de persoonsvorm tt
Ik ....... (worden) hier wel een beetje moe van.

Slide 11 - Open question

lich..
A
licht
B
lichd

Slide 12 - Quiz

Hoeveel werkwoorden?
Jan heeft de baby de fles gegeven
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quiz

Woorden met au
Woorden met ou

Slide 14 - Drag question

kran..
A
krant
B
krand

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
A
haar tegengehouden
B
word tegengehouden
C
door tegengehouden
D
ik tegengehouden

Slide 16 - Quiz

hon..
A
hont
B
hond

Slide 17 - Quiz

Dat hebben we gisteren afgesproken.
Welke 2 woorden zijn werkwoorden?
A
hebben
B
we
C
gisteren
D
afgesproken

Slide 18 - Quiz

Wat hoort waar?
titel
inleiding
middenstuk
bron
afbeelding
slot
tussenkopje

Slide 19 - Drag question

Schrijf de persoonsvorm tt
Jij ...... (lachen) irritant.

Slide 20 - Open question

fees..
A
feest
B
feesd

Slide 21 - Quiz

The Opera House
The Tower Bridge
Fioretti College
The Statue of Liberty

Slide 22 - Drag question

Welk gewicht hoort bij het product?
1 kilo
1 gram
200 gram
1000 kg

Slide 23 - Drag question


   balk 

kubus


piramide

bol

Slide 24 - Drag question

Zon
Maan
Saturnus
Aarde

Slide 25 - Drag question

timer
0:20
Schotland
Engeland
Australië
VS

Slide 26 - Drag question

Zet de eenheden van lengte op de goede volgorde.

Slide 27 - Drag question

3400 Liter
6,5 liter
0,5 liter
10.000 liter
75 liter

Slide 28 - Drag question

Iris
Pupil
Oogwit

Slide 29 - Drag question

1K
Bedankt voor jullie inzet tijdens de lessen
Bedankt voor de leuke journaals
Bedankt voor de leuke lessen die jullie gegeven hebben
Veel succes nog dit schooljaar en tot ziens!

Slide 30 - Slide