1.4 - kritisch denken

1.4 Kritisch denken
1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.4 Kritisch denken

Slide 1 - Slide

Een ander woord voor de maatschappij is:
A
Samenleving
B
sociale omgeving
C
belangengroep
D
Overheid

Slide 2 - Quiz

Bij welk van de onderstaande voorbeelden gaat het om een wet?
A
In de bus sta je op voor een zwangere vrouw.
B
Bij het concert sluit je achteraan in de rij aan.
C
Je bedankt de leraar na de les.
D
Je gaat naar school.

Slide 3 - Quiz

Waarden zijn?
A
Principes die je belangrijk vindt in het leven
B
Hetzelfde als normen
C
Regels die de wet bepalen
D
Wat anderen belangrijk vinden

Slide 4 - Quiz

Normen zijn?
A
Gezondheid
B
Waarden die horen bij principes die jij belangrijk vindt.
C
Alles in de maatschappij
D
Regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen

Slide 5 - Quiz

Een maatschappelijk probleem 
geen maatschappelijk probleem
Er is maar één oplossing
Het probleem krijgt veel aandacht in de media
De politiek bemoeit zich met het probleem
Veel mensen hebben ermee te maken
Mensen hebben verschillende meningen over de oorzaak en de oplossing.
weinig mensen hebben ermee te maken
Het probleem krijgt  weinig aandacht in de media

Slide 6 - Drag question

Wat gaan bebepreken
• Informatie
• Kritisch denken
• Je eigen mening vormen en uitleggen
• Verschil kritiek geven en kritisch denken

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
• Je kunt beschrijven wat kritisch denken is.
• Je kunt het verschil uitleggen tussen een feit en een mening.
• Je kunt goede argumenten herkennen.

Slide 8 - Slide

Een maatschappelijk probleem:
Informatie is alles wat je kennis geeft over iets of iemand.
 

Informatie kan van alles zijn: deze powerpoint, een appje, een handleiding, enzovoort.

Informatie is belangrijk. Je gebruikt het bij het nemen van beslissingen.
Informatie moet dus betrouwbaar zijn.


Slide 9 - Slide

Kritisch denken
Om te bepalen of informatie betrouwbaar is, moet je er vragen over
stellen. Heb je genoeg informatie? Wat is de kwaliteit van de informatie?

Dat is kritisch denken: je gaat zorgvuldig om met informatie om je mening te bepalen.
Wat centraal staat bij kritisch denken staat het stellen van vragen, en doorvragen.


Slide 10 - Slide

Kritisch denken.
Kritisch denken bestaat uit drie onderdelen:

 1 Informatie op waarde schatten
• Klopt de informatie die ik heb?
• Is er nog meer informatie beschikbaar?


Slide 11 - Slide

Kritisch denken
2 Het van een andere kant bekijken

• Wat is de mening van andere mensen over de informatie?

Een mening is wat je van iets vindt.
• Waarom hebben andere mensen die mening? Kan ik daar iets
 van leren?



Slide 12 - Slide

Kritisch denken
3 Nadenken over je eigen mening

 • Klopt de informatie die ik heb nog wel?
• Moet ik mijn mening aanpassen?

Slide 13 - Slide

Je eigen mening
Mensen hebben vaak verschillende meningen.

 
Het is belangrijk dat mensen aan elkaar kunnen uitleggen waarom ze iets vinden.






Slide 14 - Slide

Je eigen mening
Om je mening uit te kunnen leggen moet je goed voorbereid zijn.

1 Je moet de feiten kennen.
Een feit is iets wat echt gebeurd is en wat je dus kunt bewijzen.

Mening: “Er moeten meer kerncentrales komen in Nederland.”
Feit: “Een kerncentrale stoot geen broeikasgassen uit. Dat is dus
goed voor het klimaat!”



Slide 15 - Slide

Je eigen mening
2 Je moet het van verschillende kanten bekijken.

“Er moeten meer kerncentrales komen in Nederland.”

Zijn er ook andere mogelijkheden?
Wat zijn de nadelen van een kerncentrale?
Hoeveel kost het om een kerncentrale te bouwen?




Slide 16 - Slide

Je eigen mening
3 Je moet argumenten hebben bij je mening.


Argumenten zijn redenen waarmee je kunt onderbouwen waarom
je iets vindt.

“Er moeten meer kerncentrales komen in Nederland. Dan kunnen we als het niet waait of als de zon niet genoeg schijnt toch genoeg  elektriciteit produceren.”


Slide 17 - Slide

Kritisch of kritiek
Kritisch denken is niet hetzelfde als kritiek geven.


Bij kritiek geef je je mening.

Bij kritisch denken stel je vragen bij meningen, feiten en argumenten. Je vraagt je af: klopt het wel?


Slide 18 - Slide

Slide 20 - Slide

Wat
maken 1.4  1 - 2 - 7
Tijd
Tot einde van de les 
Hoe
Zachtjes praten mag.

Hulp
De docent loopt rond.
Klaar
Verder met praktische opdracht maatschappelijk probleem
timer
5:00

Slide 21 - Slide