Herhaling h1

Oefenen 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefenen 

Slide 1 - Slide

Programma
  • oefenvragen
  • wie/wat ben ik?
  • afsluiten 

Slide 2 - Slide

De koning van Spanje tijdens de Tachtigjarige oorlog was:
A
Filips I
B
Filips II
C
Alva
D
Karel V

Slide 3 - Quiz

Welke uitspraken over de bron zijn juist?
1 Erasmus geeft uitleg over het aanzien van geestelijken.
2 Erasmus keurt de houding van geestelijken af.
3 Erasmus keurt de houding van geestelijken goed.
4 Erasmus laat zien dat hij een nieuwe vertaling van het Nieuwe Testament nodig vindt.


A
1, 2 en 4
B
2, 3 en 4
C
1, 3 en 4
D
1, 2 en 3

Slide 4 - Quiz

Wat zijn aflaatbrieven?
A
Een brief die de kerk van je kocht
B
Een brief die je kocht om in de hemel te komen
C
Een brief die je kocht om in de hel te komen
D
Een brief die de kerk verkocht

Slide 5 - Quiz

Noem een economische oorzaak van de Nederlandse Opstand
A
hoge werkeloosheid
B
hongersnood
C
kettervervolgingen
D
centralisatie

Slide 6 - Quiz

Wat was het belangrijkste gevolg van de Nederlandse opstand?
A
Nederland werd een onafhankelijk land met een eigen bestuur.
B
Willem van Oranje werd de vader des vaderlands.
C
Nederland kreeg na afloop zijn eerste grondwet.
D
Nederland leerde dat ze moesten luisteren naar hun koning.

Slide 7 - Quiz

Gebeurtenissen tijdens de Nederlandse Opstand.
1.Beeldenstorm
2.Plakkaat van Verlating
3.Verovering van den Briel
4.Moord op Willem van Oranje
Wat is de goede volgorde?
A
1-2-3-4
B
1-3-2-4
C
4-1-2-3
D
4-3-1-2

Slide 8 - Quiz

Waar was de hoge adel ontevreden over wat betreft de centralisatiepolitiek van Filips II
A
aantasting van hun privileges
B
de beeldenstorm
C
de godsdienstvrijheid
D
Het calvinisme

Slide 9 - Quiz

Waar heeft deze afbeelding mee te maken?
A
Aflatenhandel
B
Rijksdag in Worms
C
Plakkaat van Verlatinghe
D
Maarten Luther moet zich verantwoorden

Slide 10 - Quiz

Wat was het belangrijkste doel van de inquisitie in de middeleeuwen?
A
Ketters straffen
B
Mensen terug krijgen naar het katholieke geloof
C
Martelingen uitvoeren
D
Als voorbeeld dienen voor ketters

Slide 11 - Quiz

Wat was de oorzaak van de Beeldenstorm?
A
De adel was kwaad over de centralisatie
B
Filips II voerde vaste belastingen in
C
katholieken en protestanten voerden een bloedige oorlog
D
Protestanten waren fel tegen de katholieke verering van heiligenbeelden

Slide 12 - Quiz

Wat zie je op het schilderij?
A
Een veldslag
B
Bosgeuzen die uitrusten
C
Een hagepreek
D
Het ophalen van de oogst bij een molen

Slide 13 - Quiz

Bekijk de prent over de Spaanse inname van Haarlem (1572). Wie heeft de prent gemaakt?
A
een Nederlander, want de prent is negatief over de Spanjaarden
B
een Nederlander, want de prent laat de stad Haarlem zien.
C
een Spanjaard, want de prent laat zien dat de Spanjaarden de strijd winnen.
D
een Spanjaard, want de prent is positief over de Spanjaarden.

Slide 14 - Quiz

Waar had Luther kritiek op?

A
Op de rol die God speelde in het leven van de mensen.
B
Op het lezen van de Bijbel in het Duits.
C
Op het uitgebreid vieren van de Christelijke feestdagen.
D
Op het feit dat veel geestelijken niet volgens de regels van de Bijbel leefden.

Slide 15 - Quiz

Was Ignatius van Loyola rooms-katholiek of protestants? Ondersteun je antwoord met twee voorbeelden uit de bron.

Slide 16 - Open question

Erasmus
Luther
Calvijn
Trouw aan de katholieke kerk
Uit de katholieke kerk gezet
Humanist
Kritiek op aflaathandel
Meest extreem
Vertaalde Bijbel in het Duits

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

➤Sleep de onderdelen naar de juiste plek
Protestant
Katholiek
Maarten Luther
De Paus
Aflaten
Bijbel in volkstaal
Latijnse kerkdienst
Sober
Beeldenverering
Reliekenverering
'Kale' kerk
Beelden in de kerk
'Magische' handelingen
Sobere handelingen

Slide 19 - Drag question

Slide 20 - Slide

Zie vorige dia

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Wie of wat ben ik?
Zodadelijk komt er iemand voor de klas staan. Diegene moet raden wie of wat hij is. Dit kan een persoon, gebeurtenis of een ander belangrijke gebeurtenis zijn. Door vragen te stellen moet de persoon voor de klas raden wie hij is. Dit zijn alleen ja of nee vragen.

Slide 23 - Slide

Hertog Alva
  • landvoogd van De Nederlanden
  • 'orde op zaken stellen'
  • Raad van Beroerten  

Slide 24 - Slide

Inquisitie/bloedbank
  • kerkelijke rechtbank
  • kettervervolgingen  

Slide 25 - Slide

Karel V
  • landsheer van De Nederlanden 
  •  Katholiek
  • Keizer van Duitsland

Slide 26 - Slide

Luther
  • Duitse Monnik 
  • Hervormer
  • 95 stellingen  

Slide 27 - Slide

Willem van Oranje
  • Stadhouder Holland en Zeeland 
  • Leider vd Opstand
  • Protestants

Slide 28 - Slide

Filips II
  • Zoon van Karel V
  • Landsheer van De Nederlanden
  • Koning van Spanje  

Slide 29 - Slide

Ketters
  • Niet- Katholieken 
  • opgepakt en vervolgd
  • aanhangers vd opstand 

Slide 30 - Slide

Calvijn 
  • protestant
  • hervormer
  • predestinatie  

Slide 31 - Slide

aflaten
  • afkopen van zonden
  • bedacht door katholieke kerk  

Slide 32 - Slide

Beeldenstorm
  • 1566
  • protestanten 
  • vernielen van kerken 

Slide 33 - Slide

Raad van Beroerten
  • bloedraad
  • opsporen en vervolgen beeldenstormers 

Slide 34 - Slide

Johan van Oldenbarnevelt 
  • Landsadvocaat of raadspensionaris 
  • Tegen de oorlog en Maurits
  • Onthoofd wegens landverraad 

Slide 35 - Slide